François bespreekt het meest recente boek van David Brooks, beroemd columnist van The New York Times: zinvol is altijd met anderen, de Tweede berg.
In één van de meest briljante anathema’s van Rudy Kousbroek, ‘Verloren’ uit de bundel Restjes, schrijft hij over de breuk die rond 1950 de tijd in het westen in tweeën deelde. Ook Nederland veranderde op vier gebieden: armoede, godsdienst, standsverschillen en verschillen tussen de geslachten. Ik zou daaraan toevoegen: van groep naar individu. Vóór 1950 was de groep (relatie/gezin/familie, kerk, buurt/gemeenschap, land) belangrijker dan het individu. Dat werd toen door steeds meer mensen ervaren als beklemmend, bekrompen, burgerlijk en onvrij.
Die verandering was goed, vindt David Brooks, de schrijver van De tweede berg, maar de klemtoon op het individu is alweer enige tijd doorgeslagen
Het conformisme van de jaren 50 en ervoor veranderde in het non-conformisme van de jaren 60 en erna. Eerst is het de belangrijke groep die het onbelangrijke individu vermorzelt, daarna het belangrijke individu dat de onbelangrijke groep vermorzelt, met als gevolg een samenleving vol superindividualisten, dus een samenleving zonder samen, zonder samenhang, een alleenleving. Brooks ziet dat al jaren overal in het westen en het wordt volgens hem steeds erger.
De tweede berg, een bestseller van 400 bladzijdes uit 2019, is geschreven door David Brooks die beroemd is vanwege zijn columns in The New York Times.
In De tweede berg zegt hij over zijn voorlaatste boek: “Toen ik The Road to Character schreef, zat ik nog opgesloten in de gevangenis van het individualisme. Ik geloofde dat we het meest uit het leven konden halen als we de verantwoordelijkheid namen voor ons eigen leven, als we aan het roer gingen staan en ons eigen schip stuurden. Ik geloofde dat karakter iets was wat je zelf opbouwde. Je bepaalde je kernzonde en daarna gebruikte je al je wilskracht om je zwakste plekken sterker te maken. Ik geloof niet meer dat karaktervorming een individuele taak is die voor iedereen haalbaar is. Ik geloof niet langer dat het opbouwen van een karakter vergelijkbaar is met naar de sportschool gaan: je doet je oefeningen en je bouwt je eerlijkheid, moed, integriteit en lef op.
Mijn overtuiging is nu dat een goed karakter een bijproduct is van jezelf in dienst stellen van anderen. Je verbindt jezelf aan dingen die je aandacht waard zijn. Je geeft jezelf volledig aan een gemeenschap of een goed doel, doet beloften aan andere mensen, bouwt een stevig web van liefdevolle relaties, verliest jezelf in het dagelijks klaarstaan voor anderen, terwijl zij op hun beurt ook klaarstaan voor jou. Het is belangrijk om karakter te hebben en de weg ernaartoe kan heel leerzaam zijn. Maar er is iets wat nog beter is: morele vreugde. En de gemoedsrust die voortkomt uit de liefdevolle overgave van jezelf aan anderen.”
Alle 400 bladzijdes zijn boeiend om te lezen en ik kan blijven citeren uit dit boek vol citaten
Dit is vergelijkbaar met wat Victor Frankl zegt, zie blog ‘Gelukkig willen worden lukt niet door gelukkig willen worden’.
Frankl schreef: “Keer op keer waarschuw ik mijn studenten in Europa en Amerika: streef niet naar succes – hoe meer je ernaar streeft en er een doel van maakt, hoe meer dat gaat mislukken. Want succes, net als gelukkig zijn, kan je niet nastreven. Het komt automatisch als het niet gezochte neveneffect van jouw toewijding aan een doel dat groter is dan jijzelf, of als het neveneffect van overgave aan een ander persoon. Gelukkig zijn komt vanzelf, net als succes: je moet het laten gebeuren door het juist niet na te streven. Ik vraag je te luisteren naar wat je geweten je opdraagt te doen, en dat te gaan doen op de beste manier die je kent. Dan zal je op de lange termijn – ik zeg op de lange termijn – succesvol zijn, juist omdat je vergat om eraan te denken.”
Volgens mij is de essentie van dit boek: de sleutel tot een zinvol, bevredigend en gelukkig leven vind je niet door zelfbelang na te streven, maar door anderen te helpen
Maar wacht even, dat jezelf geven aan anderen, dat herken ik, daar hebben ze al heel lang geleden een woord voor uitgevonden, dat woord is liefde. Naastenliefde, compassie, altruïsme.
In dit boek maakt Brooks op alle mogelijke manieren duidelijk dat individuen die hun eigen belang najagen, dus geld, succes, status en macht, dat die mensen, ook als ze dat allemaal daadwerkelijk in handen krijgen, uiteindelijk achterblijven met een leeg gevoel. Bevredigen van die verlangens blijkt niet bevredigend. Brooks beweert dat echt succes, echt geluk uitsluitend te vinden is in relatie tot anderen, en dan in het bijzonder in een dienstbare relatie tot anderen. Dat noemt hij geen carrière maar een roeping. Een roeping om anderen te helpen. Het woord anderen vind je op elke bladzijde van dit boek. Hij praat over een duurzame verbinding met, en toewijding aan, een relatie/gezin, een goed doel, een gemeenschap of iets waar je in gelooft. Dus iets groters dan jezelf en dat geeft vreugde die blijvend is in tegenstelling tot plezier dat tijdelijk is.
Dat is de zin in de ondertitel van dit boek. (In de oorspronkelijke ondertitel is het niet zinvol leven, maar “moral life”.)
Mystieker uitgedrukt: Vind jezelf door jezelf te verliezen
Het is een rijk boek vol citaten, voorbeelden, filosofie, spiritualiteit, godsdienst, verhalen uit het leven gegrepen en portretten. (Bijvoorbeeld meer dan zeven bladzijdes over onze eigen Etty Hillesum.) En openhartige, vaak pijnlijke, verhalen uit zijn eigen leven. Het is dus ook een persoonlijk boek en Brooks spaart zichzelf niet. Bij hem is het een scheiding die hem op de knieën dwingt om de waarheid onder ogen te zien dat hij vooral voor zichzelf leefde/werkte en zo anderen tot vreemden maakte. Met dat werk kreeg hij geld, status, roem en succes, maar hij was ongelukkig.
Hij schrijft: “Ik scheidde. Ik was eenzaam, vernederd, stuurloos, voelde een aanhoudend branderig gevoel in mijn maag en darmen. Ik bezag de wereld als door een vale, vervormde lachspiegel, het prisma van mijn eigen pijn en vernedering”. Dat noemt hij het dal tussen de eerste berg van individualisme naar de tweede berg van samen met en voor anderen. Dat dal is een crisis die een midlifecrisis, maar ook een depressie kan zijn.
De tweede berg beschrijft in alle geuren en kleuren ons individualisme dat te ver is doorgeslagen
We zijn allemaal eenlingen geworden die de knellende banden van allerlei groepen, zoals gezin, buurt, gemeenschap, kerk en land niet meer willen. Hij beaamt dus dat die banden vroeger inderdaad knellend waren, maar dat die banden nu zo afwezig zijn dat onze maatschappij uit elkaar valt omdat alle egoïstische individuen nu zo vrij en onafhankelijk zijn dat verbindingen afwezig zijn en het hele bouwwerk van onze maatschappij in elkaar dondert.
Brooks citeert niet voor niks Johann Hari en zijn boek Verbinding verbroken, de ware oorzaken van depressie en de onverwachte oplossingen. Volgens Hari is één van de belangrijkste oorzaken/oplossingen van depressie: verbindingen verbreken/aangaan met anderen.
Psycholoog, hoogleraar en schrijver Paul Verhaeghe zei op tv tegen Wim Brands: “Wij zijn sociale wezens. Wij voelen ons goed wanneer we leven in een omgeving met sociale verbanden. Onze huidige maatschappij vernietigt die sociale verbanden op een bijna systematische manier. Waardoor we eenzaam worden met als gevolgen depressie en angst”.
Eén van de dingen waaraan Brooks ziet dat het hele bouwwerk van onze maatschappij in elkaar dondert is dat er steeds meer mensen eenzaam zijn, depressief zijn, dat steeds meer mensen hun bestaan ervaren als zinloos en dat steeds meer mensen zelfmoord plegen. Volgens hem geven wij illusies aan jongeren door te zeggen: “Voel je vrij, ontdek jezelf, word onafhankelijk, vind je passie”. Hij zegt in dit maatschappijkritische boek over jonge mensen: “Als je een gemeenschappelijke, morele orde wegneemt en iedereen vertelt om op zoek te gaan naar hun eigen definitie van het mysterie van het leven, zullen de meeste mensen niks vinden. (…) In 2012 leed 5,9 % van de jeugd aan een ernstige depressie. In 2015 was het 8,2 %.”
Chesterton zei hetzelfde anders: als je godsdienst weghaalt geloven mensen niet in niks meer, maar in alles
Volgens Brooks “normaliseert onze openbare cultuur zelfzuchtigheid, rationaliseert egoïsme en bedekt de diepere verlangens van het hart en de ziel”. Er is maar één alternatief voor hoe we nu met z’n allen – dus niet met z’n allen – leven, er is maar één oplossing: “De ziel hunkert naar goedheid. Ieder mens wil een goed en zinvol leven leiden en heeft het gevoel dat het leven instort als het zinloos lijkt.” En wat voor Brooks zinloos is, is duidelijk: alleen eigen belang nastreven. Zinvol is altruïsme, dus altijd in contact met anderen, dienstbaar aan anderen. Handig om te weten voor iedereen, speciaal voor ons depressievelingen.
Dit boek is hoopvol, inspirerend, moreel, bezielend, zinvol, vreugdevol en vol naastenliefde, woorden die vroeger bij het geloof hoorden.
Geef een reactie