Tijdens mijn eerste opname voor mijn depressie bestond ‘creatieve therapie’ voor mij uit het inkleuren van een kleurplaat voor volwassenen en het bladeren in tijdschriften. Anderhalf uur duurt dan best lang. Zeker als je depressief bent én niet houdt van het inkleuren van kleurplaten voor volwassenen. Of van bladeren in tijdschriften. Ik ben twee keer geweest.
Ik was nog nooit een creatief wonder geweest. Op school kreeg ik altijd een zes, maar dat was dan alleen voor de moeite én omdat ik hielp met opruimen. Blij was ik dan ook niet toen ik las dat de kliniek waar ik zeven weken zou verblijven twee keer per week ‘creatief’ op het programma had staan.
Bewegingstherapie, mindfulness en zelfs ‘Zuurstof voor de Ziel’ klonken me beter in de oren dan ‘creatief’
Aangezien de programmaonderdelen verplicht waren en ik alles uit mijn opname wilde halen – die depressie moest toch maar eens weg, desnoods door te kleuren – ging ik er vol goede moed naartoe. De medecliënt met wie ik op dezelfde dag startte bleek natúúrlijk een of andere artistieke achtergrond te hebben en begon vol overgave te tekenen. En daar stond ik weer, tussen de mandala’s en andere kleurplaten te kijken.
Gelukkig zag ik al gauw dat ik niet de enige niet-creatieveling was. Sommigen kleurden zelfs buiten de lijntjes en de docente gaf zelfs dán nog complimenten. Er viel een last van me af.
Ik begon met het maken van een armbandje, en nog één, en nog één. De kans was groot dat ik ze niet zou gaan dragen.
Maar mijn dochters zouden het vast leuk vinden dat hun moeder armbandjes voor ze zat te maken in een psychiatrische instelling
Dit was tevens de opvatting van de meeste mensen daar: alles wat je maakt, gewoon weggeven aan vrienden en familie. Niemand durft dat te weigeren omdat jij dat met een psychische stoornis in een ‘gesticht’ hebt zitten maken.
De mooie kralen raakten op en de leuke bedeltjes waren ook verdwenen. Wat restte waren véél lelijke kralen en nóg lelijkere bedeltjes. Gouden zeepaarden, enorme oud-zilveren sleutels, maar vooral ook: ondefinieerbare bedels. Het idee was geboren: we – mijn depressieve vriend die ik daar had leren kennen en ik – gingen lelijke armbanden maken. En omdat het toch ‘gratis’ was, wat we maakten, hadden we al snel een naam voor onze nieuwe handel: lelijke maar betaalbare sieraden.nl.
We maakten lelijke armbanden voor elkaar, voor vrienden die thuis zaten
En, vooral, voor medecliënten die wel een armband konden gebruiken. En dat konden ze! Je bent tijdens zo’n opname op elkaar aangewezen en dan zijn zelfs lelijke armbanden erg welkom. Een armband met veertig bedeltjes van hartjes voor degene die we lief vonden, met daarbij – natuurlijk –een echtheidscertificaat.
Een monsterlijke ketting in de meest vreselijke kleuren voor iemand die naar huis ging. Een roze armband met een scheldwoord eraan (en zeven gouden zeepaarden) voor de keurige makelaar die zich wat meer moest afzetten tegen het ‘altijd netjes zijn’.
Daar liepen we dan, man, vrouw, oud, jong, hetero, homo, huismoeders en managers met onze burn-outs, verslavingen, depressies, angsten en eetstoornissen, maar mét een lelijke armband.
Creatief: ineens was het mijn lievelingsonderdeel van de week!
Geef een reactie