Je allereerste behandelaar, vaak eentje die je niet snel vergeet. Zo was dat ook voor Aukje. Ze schrijft in de blog Confrontatie met mijn oude psychiater over hoe ze hier nu op terugkijkt.
Ik heb hem opgebeld
Gisteren. De psychiater die ooit m’n eerste behandelaar was. Hij was toen nog arts-assistent. Psychiater in opleiding dus.
Jaren ben ik bang voor hem geweest
Werd ik angstig bij het idee dat ik hem zomaar ergens tegen zou komen. Als ik op straat iemand zag die op hem leek, voelde het alsof mijn keel werd dichtgeknepen. Het woord ‘psychiater’ alleen al triggerde herbelevingen.
Als 17-jarige kwam ik op een PAAZ terecht. Ik was al langer depressief, beschadigde mezelf en dacht aan suïcide. Ik had besloten dat ik geen 18 wilde worden.
Hij werd mijn behandelaar daar. Ik hoopte dat hij me zou helpen. Daar heeft hij ook echt zijn best voor gedaan.
Ik heb veel met hem gepraat
Hij toonde zich betrokken en ik had het gevoel dat hij me snapte. Toch voelde ik me ook onveilig bij hem. Hij vertelde veel over zijn eigen worstelingen. Te veel.
Soms zei hij dingen die me in verwarring brachten
Zoals de keer dat hij zei dat hij het wel had geweten als hij 20 jaar jonger was geweest. Hij was 42 en ik 17. Die opmerking voelde bedreigend. Ik wist niet wat ik ermee moest.
Ik heb allerlei diagnoses gekregen in die tijd. Dat gebeurde nooit in overleg met mij. Vaak kreeg ik het niet eens te horen en las ik het later terug in mijn verpleegkundig dossier.
Ik herkende me niet in het beeld dat er van mij geschetst werd
Maar kreeg geen ruimte om dat aan te geven. Om te vertellen wat ik dacht of waar ik behoefte aan had.
Als ik veel last had van suïcidale gedachten, werd ik gesepareerd. En alleen gelaten. Dat is meerdere keren gebeurd. Ik weet niet meer hoe vaak. Ik was vrijwillig opgenomen, maar er werd regelmatig gedreigd met het gebruik van dwang als ik weg wilde.
Daardoor had ik niet het gevoel dat ik iets te zeggen had over mezelf. Dat ik over mezelf kon beslissen. Mijn autonomie was ik kwijt.
Een keer moest ik op het matje komen bij de supervisor van mijn arts-assistent. Een nare en autoritaire psychiater. Hij is erg boos op me geworden toen. Ik weet niet meer waarom. Ik weet nog wel dat ik het heel beangstigend vond.
Maar nu, jaren later, kan ik eindelijk anders terugkijken op die tijd
Kan ik zien dat het niet mijn schuld was. Dat ik me er niet meer voor hoef te schamen.
Daarom ben ik op zoek gegaan. Op zoek naar mijn eerste behandelaar. Gisteren sprak ik hem weer. Na 24 jaar. Eerst voelde het wat gek. Maar dat gevoel trok al snel weg. Zijn stem klonk nog precies hetzelfde. Hij kon zich mij ook nog goed herinneren.
Al pratende merkte ik dat er wat veranderde in mezelf
Hij was helemaal niet eng en bedreigend. Gewoon een gepensioneerde psychiater met een duidelijke eigen visie. Een eigenzinnige man ook. Wel heel direct en wat kort door de bocht. En getekend door zijn jeugd. Maar een doodnormale man dus.
Nadat ik had opgehangen, moest ik de deur uit om mijn jongste kind van school te halen. Op de fiets ernaartoe voelde ik rust. En trots. Trots op mezelf dat ik dit was aangegaan.
Geef een reactie