Mijn eerste keer manisch: Toen Freek voor het eerst een manie meemaakte, wist hij niet goed wat er nou precies gebeurde en wat hem overkwam. Ja, hij voelde zich wel onrustig. Maar dat dat nou een voorbode was?
Het is nu bijna acht jaar geleden. De eerste keer dat ik ontremde, staat me nog heel goed bij. Ik was in Den Haag, begin april 2012. De nachten werden korter en onrustiger. Ik hoorde de bovenburen ruzie hebben en kon mijn slaap maar niet vatten. De eerste nachten die ik nauwelijks kon slapen, sliep ik nog een paar uurtjes. Het werd echter steeds korter en korter totdat ik een hele nacht oversloeg.
Rond half zeven ging de wekker en ik sprong uit bed. Douchen, ontbijten, aankleden en de deur achter me dichtrekken. Ik sprong op de fiets en vertrok naar mijn werk, waar ik net promotie had gemaakt. Op de fiets deed ik soms mijn ogen dicht en het leek alsof ik aan het mediteren was. Ik was er sowieso niet helemaal bij. Een nacht overslaan is voor niemand goed en voor mij al helemaal niet. Al wist ik dat toen niet en dus ook niet waarom dat voor mij zo slecht is.
Aangekomen op mijn werk, parkeerde ik mijn fiets en liep ik naar kantoor
Eenmaal binnengekomen installeerde ik me, keek in de rondte en begroette iedereen. Ik was best moe en besloot voor de hele afdeling koffie te gaan halen. Ik voelde me onrustig en was niet in staat op mijn werkplek aan de slag gaan. Daarom besloot ik wat te gaan wandelen door het kantoor. Ik voelde dat er iets mis was, herinner ik me nu ik dit schrijf. Ik liep naar mijn oude afdeling om te kijken of ik met mijn vorige manager kon praten. Helaas bleek zij er niet te zijn. Iemand anders vroeg nog aan mij of alles goed ging. Ik gaf vluchtig aan dat alles goed ging en hervatte mijn tocht door het kantoor; zocht naar de namen en functies die bij de deuren hingen.
Uiteindelijk stond ik voor de deur van de HR-manager en klopte aan. Eenmaal binnen gebood de manager me te gaan zitten. Ze vroeg wat ik kwam doen en ik begon te vertellen. Zoveel woorden, die overgaan in zinnen vloeiden mijn mond uit. Er was geen rem, ik had overduidelijk last van spraakdrang – werd enkele keren zelfs emotioneel.
Ik weet niet meer waarom en nu acht jaar later, weet ik eigenlijk ook niet eens meer wat ik heb gezegd
Er kwam een einde aan en zij liep mee terug naar mijn afdeling. Daar viel mijn manager tegen me uit: ik niet mocht dwalen door kantoor, dat ik gewoon op m’n plek moest gaan zitten en gaan werken. Dit was echter heel veel van me gevraagd. Wekenlang was ik hypomaan, voelde me vol energie en kon ik blijven gaan. De laatste paar dagen was het hard gegaan en ging ik richting een echte manie. Niet meer slapen, onsamenhangend praten, van de hak op de tak.
Mijn gedachten, gevoel en gedrag kende geen cohesie meer
Het was een onsamenhangende mix van impulsen geworden. Om terug te komen bij die ochtend op kantoor: ik zat inmiddels op mijn werkplek en mijn manager had nogmaals benadrukt dat-ie niet van mijn gedrag gediend was. Wat haalde ik mezelf wel niet in mijn hoofd, om zo rond te wandelen en zomaar bij iemand naar binnen te stappen. Maar het duurde niet lang meer. Er was namelijk iemand die met mijn manager had gepraat. Ze kwamen naar me toe en vroegen of ik even mee wilde lopen. Tijdens het lopen begonnen ze te praten en moest ik mijn toegangspasje inleveren. Ze zeiden dat ik langs het uitzendbureau moest gaan door wie ik was geplaatst.
Verbouwereerd gaf ik mijn pasje en stond opeens buiten. Ik liep naar mijn fiets en herinner me dat ik heel boos was en vond dat ze dit niet konden maken. Fietsend vertrok ik richting het centrum van Den Haag. Bij het uitzendbureau deed ik mijn verhaal. Ik had het idee dat ik controle had over de situatie.
Ik dacht dat ik veel slimmer en intelligenter was dan iedereen die daar aanwezig was
Zij vroegen of ik mijn gedrag normaal vond. Ik gaf aan dat er helemaal niks aan de hand was, dat het hartstikke goed ging. Toen ik buiten stond, was ik vergeten dat mijn fiets daar ook stond. Ik voelde me onrustig, alsof alle prikkels ongefilterd binnenkwamen. Verderop zag ik het kantoor van een GGZ-aanbieder, ik had het idee dat ik hun hulp nodig had. Ik stapte naar binnen en vroeg om hulp. Maar ik werd weggestuurd.
Zo kwam het, dat ik zonder baan, zonder fiets, helemaal manisch, hulpeloos in het centrum van Den Haag stond. Nu, ruim acht jaar verder, weet ik wat ik toen niet wist. Ik ben bipolair en was toen onbehandeld en had te lijden onder middelenmisbruik.
Freek herinnert zich zijn eerste manie als de dag van gisteren. Destijds had hij geen idee wat er aan de hand was.
Meer informatie:
Geef een reactie