Bam! Opeens is het zover. Opluchting, angst, emotie, eindelijk. Maar ook een randpsychose, waarom nu toch? Juist nu? Hier wacht ik al jaren op. Op de dag dat het deurtje open gaat.
Vanaf mijn geboorte en daarvoor, vanaf het moment dat ik besta, ben ik een gevoelsmens. Ik kan me herinneren dat ik haarfijn aanvoelde of iemand verdrietig, boos, bang of blij was. Met alle emoties daartussenin. Ik paste mij aan, ook vanaf het eerste begin.
Was iemand boos? Dan hield ik mijn mond. Was het verdriet? Dan liep ik een stapje harder, deed ik nog beter mijn best.
Maar dat aanpassen, dat hield ik niet eeuwig vol. Want op een dag, nu misschien al tien jaar geleden, zeiden mijn hoofd en mijn lijf: hier stoppen we mee. Toen voelde ik niets meer. Maar een oplossing was het niet. Ik was het aanpassen zo gewend, daar ging ik rustig mee door.
Daarop volgde de volgende fase. Na een periode van gevoelsvlakte en depressie kwamen de beelden, de angsten, de stemmen. Een wanhoopspoging om te verbergen waar het eigenlijk om ging: mijn behoeften te voelen. Het is en was mijn overlevingsstrategie. Maar mijn gevoel bleef weg. De psychotische klachten waren er om te overleven en de controle was de manier om de psychose te overleven. Dat was dodelijk voor mijn gevoel. Ik mis en mistte het zo. Ik was mijzelf niet. Ik leefde eigenlijk niet meer.
Ik wist dat het nog ergens zat maar de deur bleef dicht. Heel af en toe genoot ik van iets lekkers of een compliment
Dan ging de deur op een kier. Maar meestal was het slot heel stevig. Vooral het verdriet en de boosheid over wat mij overkwam, die zaten het verst verstopt. Terwijl ik zo graag wilde ervaren hoe zwaar het was geweest. Ik wist dat ik het nodig had voor mijn herstel. Ik wilde er zo graag doorheen om verder te kunnen. Die donkere periode vergeten om hem zo achter mij te laten.
Het eerste moment dat de deur van het verdriet en de boosheid op het nachtslot ging, was toen ik de Yucelmethode toepaste. Opeens was het daar. Het verdriet over hoe mijn leven nu is en over mijn verloren dromen. Het verdriet over wat het mijn familie had gekost. Maar ook de boosheid op de omstandigheden die deze periode hadden verergerd en veroorzaakt. Het gevolg was een kleine week psychoseklachten.
Bam! De deur ging weer dicht
Een paar maanden later ging de deur met een zwaai weer open. Dit keer naar aanleiding van een ervaringsverhaal over herstel. Elementen daaruit deden mij opeens zo mijn wanhoop voelen van de momenten waarop ik zó mijn best deed maar het niets leek te helpen. Daar was het weer, het verdriet, de geraaktheid. Het zo je best doen wat het alleen maar erger maakte. Wat uiteindelijk mijn leven deed instorten. Dit was wat ik wilde. Hier wilde ik doorheen. Ik heette het verdriet van harte welkom. Maar wat het was, ik weet het niet. De psychoseklachten kwamen erover heen.
Bam! Weer ging de deur dicht. Het is een slag. Het valt mij zwaar. Toch ben ik blij.
De deur kan, hoe dicht hij zit, blijkbaar toch open
Een open deur geeft mij moed. Door deze deuren kan ik op weg, verder in mijn herstel. Herstel heeft nooit een eindpunt. Ik heb daarom een lange levensweg te gaan. De psychoses lijken op het moment dat de deur dichtklapt mijn grootste vijand voor verder herstel.
Toch vertrouw ik erop op een dag te kunnen zeggen: psychoses, dankjewel, dat jullie mij beschermd hebben tegen de werkelijkheid die ik op dat moment niet aankon. Het zal altijd een kwetsbaarheid blijven maar houd moed met mij. De kracht en mogelijkheid van herstel; voor mij is het een open deur, ik hoop dat íedereen daarvan overtuigd raakt!
Geef een reactie