Tijdens ‘Deel I: ‘De vrijheid van Parijs’ en Deel II – Parijs Ontwaakt heeft Geeske een heftige nacht in de straten van Parijs doorgemaakt. In dit laatste deel van haar drieluik schrijft Geeske over de duisternis die ze in 2015 in Parijs op een onverwachte plek tegenkwam: “Ik heb het gewonnen van de duisternis en de leegte.”
Ik ben precies op tijd weer in het hotel na mijn lange nachtelijke avontuur uit deel II. Eenmaal terug op mijn hotelkamer moet ik enkele minuten op de roomservice wachten die om precies half acht besteld is. Het is een moment dat ik me ontzettend kwetsbaar voel en word, al zittende op het bed, overspoeld door angst voor de vormen van fysiek geweld die me kunnen overkomen zodra ik de deur open. Mijn hart bonst… Roomservice is te laat. Dat komt mooi uit! Ik ren snel naar de receptie en cancel de roomservice. In de eetzaal eet ik snel even wat en tref mijn collega’s bij de receptie. We bestellen via Uber een zeer luxe taxi. Chique rijden we naar een immense kantoorgebouw in ‘Paris – la Défence’.
Deze tweede dag op kantoor is hels
Ik blijk op geen manier in staat om te functioneren. Ik hoor maar de helft van wat er verteld wordt en ben vooral bezig mezelf in het gareel te houden. De heftige neiging om te vluchten is continu aanwezig. Ik ben gevoelloos en ver van de wereld. In de middag staat mijn presentatie gepland. Het betreft een verhaal dat ik in normale toestand wel kan dromen, ‘Innovatie’ is mijn vakgebied, strategie en overzicht mijn opdracht. Ik geniet ervan om over deze onderwerpen te praten en te discussiëren met geïnteresseerd publiek.
Maar-nu-even-niet.
Tijdens mijn presentatie ben ik binnen enkele seconden de draad van mijn verhaal volledig kwijt. Ik registreer ook dat ik steeds langzamer ga praten. Dat ervaar ik als uitermate merkwaardig. En ik kan mijn tempo ook niet meer versnellen ontdek ik. Vreemd hoor. Mijn praten wordt steeds langzamer…
De voorzitter denkt dat ik een black out heb en geeft me een hint
Ik kan er helemaal niets mee en vervolg mijn verhaal tergend langzaam, gebruik makend van de schamele laatste restjes informatie die ik nog bij elkaar kan schrapen uit mijn haperende geheugen. De mensen aan de andere kant van de enorme tafel waaraan ik zit, zitten me vreemd aan te kijken.
De randen van mijn zicht worden nu ook zwart. Met het toenemen van het zwart voor mijn ogen verdwijnt mijn complete zicht. Ik voel en zie het gebeuren. Het is alsof luiken binnen mijn geheugen steeds verder sluiten en me volledig afschermen van mijn kennis. Het gaat niet goed. Ik zit inmiddels met mijn ellebogen op de tafel, met mijn hoofd beschermd in mijn handen. Alles is zwart geworden. Ik zie ik helemaal niets meer.
Er verschijnt opeens een kleine heldere stip in mijn duisternis
Ik klem me hardnekkig aan dit lichtpuntje vast en weiger het los te laten. Ik werk me, met alle kracht die ik in me heb, naar deze helderheid toe. En dat is keihard werken. De stip wordt tergend langzaam groter. Binnen het lichtpuntje verschijnt weer een heel klein beetje beeld, waardoor het bijna lijkt alsof ik door een heel dun rietje aan het kijken ben. Met het groter worden van de stip neemt ook mijn hoop toe. En mijn helderheid. Ik hoor dat ik nog steeds heel langzaam praat en worstel door. Ik spreek ook nog steeds Engels. Het is opmerkelijk dat dit eigenlijk helemaal vanzelf gaat. Op dit moment hoef ik daar blijkbaar zelf niets voor te doen.
Ik voel mijn systemen langzaam weer opstarten en begin weer wat sneller te praten. Ook hervind ik steeds meer inhoud van mijn presentatie, hoewel dit nog steeds wel vanuit grote spanning en ernstig haperend gaat. Ten slotte ga ik weer recht zitten en hef mijn hoofd weer op.
Ik rond mijn presentatie zo snel mogelijk af om het maar achter de rug te hebben. Ondertussen ben ik geschokt dat zowel mijn geheugen als ook mijn zicht, buiten mijn eigen wil om, zomaar op- en afgeschakeld kunnen worden. Mijn presentatie heeft zijn doel ondertussen al totaal gemist. Iedereen heeft in de gaten dat ik niet in orde ben. En ik ben me dat sterk bewust.
En toch ben ik ondertussen stiekem trots op het feit dat ik mijn presentatie heb weten af te maken
Terwijl ik nog bij het gezelschap aan tafel zit voel ik me eigenlijk steeds trotser worden. Ik heb het gewonnen van de duisternis en de leegte. Ik heb de weg terug gevonden. Sterker nog, ik vond de weg naar het licht! En helemaal niemand aan tafel ziet de topprestatie die ik leverde. Ik zie alleen plaatsvervangende schaamte op de gezichten om me heen. Ze voelen zich ongemakkelijk.
Het zit erop. Die avond ren ik samen met een collega naar de ‘Thalys’ om naar huis te gaan. Op het nippertje, want we zijn bijna te laat. Uiteindelijk ploffen we samen neer op onze stoelen. Ik scherm me af met mijn koptelefoon om mijn hoofd een beetje rustig te houden. Dat is fijn. ’s Avonds laat arriveer ik weer bij mijn gezin. Mijn partner ziet me met mijn koffer aankomen en opent de deur voor me. Hij ontvangt me met open armen. Hij is oprecht blij en opgelucht dat ik er weer ben. Er staat, ondanks het late tijdstip, ook al een lekkere warme maaltijd voor me klaar in de keuken.
Heerlijk. Het is altijd weer fijn thuiskomen.
Geef een reactie