Op een zondagochtend in februari bezocht Eddo de Oude Kerk in Amsterdam om te luisteren naar een gastprediker en psychiater. Wat begon als een traditionele kerkdienst, bracht hem tot diepere inzichten over de parallellen tussen geloof en psychiatrie.
De kerk in Amsterdam
Op aanwijzing van een bekende ging ik in de Oude Kerk te Amsterdam luisteren naar een gastprediker. Een psychiater bij de Oudekerkgemeenschap. Wandelend tussen roodverlichte glazen winkelruiten, waar mannequins een levende expositie leken te houden van lingerieontwerpster Marlies Dekkers. Ik begaf mij zondagochtend vroeg naar de Oude Kerk, gelegen midden in de rosse buurt van Amsterdam.
Als geboren Amsterdammer was mij dit toeristencircus wel bekend. Om daar te wandelen op zo’n vroeg tijdstip, op wat een zonnige zondag leek te worden, was een aangename ervaring. Om elf uur liet een grijze vrouw met een vriendelijk lachend gezicht mij binnen in de kerk met de mededeling: “Hier vindt u het hoge woord.”
De oude kerk
Na een vreemd aanvoelende zigzagpoort van geverfd multiplex, waar hier en daar wat spreuken geschreven stonden, stond ik opeens in een overweldigende, bijna lege ruimte. Ik was vaak om de Oude Kerk heen gelopen, maar er nog nooit binnen geweest.
Het dak oogde overal als een klassieke houten scheepsromp op zijn kop, alsof we hiermee de zeeën der hemelen konden bevaren. De kerkgemeenschap nam plaats in een paar knus bij elkaar gegroepeerde kerkbanken. In het midden, bijna nietig in de gigantische ruimte van deze oudste kerk van Amsterdam.
De strijd in de psychiatrie
Onder leiding van een voorganger kwam een groep in toga geklede mensen, die samen het zangkoor vormden, naar het midden van de kerk. De mis week niet erg af van wat ik als katholiek mijn hele leven al gewend was geweest. Hier werd echter, naar mijn mening, meer van bovenaf vanaf de preekstoel gepreekt. Deze keer was speciaal uit Groningen de voor mij nog onbekende psychiater gekomen.
Zover ik me kan herinneren, gaf hij een duidelijk en genuanceerd beeld van de richtingenstrijd die tegenwoordig binnen de psychiatrie heerst. Dit bevestigde mijn idee dat de psychiatrie momenteel de eigenschappen vertoont van een geïnstitutionaliseerde religie.
In crisis, door de druk die de vele geestelijk lijdende patiënten op dit instituut leggen, in de vooronderstelling dat zij met wetende wetenschappers te maken hebben. Het resultaat is een interne richtingenstrijd.
Net zoals de kerkscheuren
De vele schuilkerken in het centrum van Amsterdam zijn een historisch bewijs van de vele kerkscheuringen als gevolg van strijd tussen geloofsrichtingen. Dit bevestigde voor mij dat de psychiatrie zich manifesteert als een religieus-scientistisch geloof, dat zich mijlenver heeft verwijderd van iets wat, naar mijn mening, wetenschap genoemd mag worden.
Toch bleef de predikant de nadruk leggen op de legitimiteit van het benoemen van een geestelijke ziekte, terwijl juist het gebruik van het woord “ziekte” een van de hoofdredenen is voor die interne richtingenstrijd. De term “geestelijke ziekte” is gecultiveerd geraakt door een diep verlangen naar erkenning en begrip voor geestelijk lijden bij de patiënt zelf.
Een virtuele ziekte
Voor mij is een geestelijke ziekte een virtuele ziekte geworden, zoals in een computerspelletje. Zo’n spelletje heeft altijd een knop: “Game over, select new life.” Het lijden is natuurlijk wel echt voor de mensen die deze knop niet kunnen vinden.
Persoonlijk heb ik die knop wel kunnen vinden, en achteraf bekeken valt deze samen met de christelijke wedergeboorte van het zelf, wat via het ritueel van de maaltijd ook tijdens deze mis wordt gevierd. Als jonggedoopte katholiek heb ik lange tijd niets begrepen van het ritueel van het laatste avondmaal.
Ik voel me net een vampier
Tijdens deze mis, na de preek van de psychiater, verplaatste iedereen zich via twee poorten naar de licht verhoogde zijkant van de kerk. De koorleden hielpen bij het uitreiken van de maaltijd. Eerst een stukje brood, waarvan ik wist dat het het lichaam van Christus symboliseerde. Daarna doopte ik het brood in een kelk rode wijn, waarvan ik wist dat het het bloed van Christus symboliseerde.
Sommige mensen zag ik zelfs de kelk ter hand nemen om eruit te drinken. Als jonge katholiek begreep ik hier niets van. Dat was lange tijd een reden om me te distantiëren van dit ritueel. Wat mij altijd verwarde, was dat in de rooms-katholieke wereld werd gesproken over een levende Jezus, die 2000 jaar geleden had geleefd als een soort tovenaar die wonderen verrichtte.
Dus bij het eten van het stukje brood voelde ik me altijd een kannibaal, en bij het drinken van de rode wijn voelde ik me een vampier. Na mijn herstel van mijn psychosegevoeligheid, waarin de Jezuswaan bij mij ook niet heeft ontbroken, begon het me allemaal duidelijk te worden. Net zoals ik de overeenkomst kon herkennen tussen het dak van de kerk en een omgekeerde houten scheepsromp.
De bekering
Deze omkering symboliseerde natuurlijk een geestelijke bekering. Dat was altijd wat er tijdens de heilige mis gevierd werd: de bekering van geloof in de wereld buiten jezelf. Dit via de ogen van een of andere autoriteit, omgekeerd naar geloof in jezelf, door datgene wat je zelf hebt leren zien en begrijpen.
Het is allemaal complex
Bij het zien van de film over ‘Mozes en de Exodus’ van de Joden uit Egypte, met de titel ‘Gods and Kings’, waarbij Mozes werd vertolkt door Christian Bale, viel het me op dat God zich als kind aan Mozes presenteerde met de titel “I am that I am”. Toen viel bij mij het kwartje dat het Franse “I am” verdacht veel op het Engelse woord voor Jezus leek. “Jesus” en “Je suis” verschillen maar één letter. De “i” is voor mij weer een wiskundesymbool, wat verwijst naar de complexiteit van onderzoek binnen de GGZ, net zo ingewikkeld als het werk van Floortje Scheepers.
Dezelfde complexiteit ontstaat bij de transformatie. Tijdens de bekering van het geloof in Jezus, van buiten jezelf naar je geloof in Jezus als jezelf. Toen was voor mij opeens het eten van het brood geen kannibalisme en geen vampirisme meer. Ik voelde me herboren!
En alles was duidelijk!
Ik snapte opeens waarom het al aanwezige woord “verbinden” een leeg nudge-woord voor mij was geworden, omdat ik in de psychiatrie omringd was door mensen die niet meer wisten hoe ze in zichzelf moesten geloven en van zichzelf konden houden.
“Wie echt van zichzelf houdt, die geeft pas iets kostbaars als die persoon ‘ik hou van jou’ tegen een ander zeggen kan,” zong Harrie Jekkers ooit.
Eddo Rats is elektrotechniek ingenieur, zeezeiler, gitarist, vrijdenker, zendamateur, performer, Piraat. Hij is ook ervaringsdeskundige en sinds 2013 helemaal hersteld van langdurige psychosegevoeligheid. Werkzaam bij de Regenboog Groep te Amsterdam afdeling SCIP. Verder is hij actief bij Plusminus.
Meer lezen over de GGZ en zorg?
- Het vastlopen van de GGZ – oorzaken en oplossing
- FWG Trendrapport GGZ – een blik op ontwikkelingen in de ggz
- Wat kan de GGZ doen?
Heb je een vraag?
Onze experts beantwoorden jouw vraag in het online Spreekuur van PsychoseNet. Gratis en anoniem.
Verder lezen over goede zorg en GGZ?
Onderstaande boeken zijn geschreven door hoogleraar Jim van Os. In deze eerlijke boeken lees je meer over psychose, trauma, de nieuwe GGZ, herstel en veel meer.
Geef een reactie