Het kind achter de diagnoses. Toen mijn kind 10 jaar was, speelde hij concentratiekampje. Zijn houten treinbaan leidde kaarsrecht naar het playmobilkasteel, waar de gaskamers waren. Geen idee waarom hij dat deed. Hij had wel eens wat opgevangen als zijn zus naar de serie 13 in de Oorlog keek en van de rest maakte hij zijn eigen magische werkelijkheid.
In de kast had ik een ordner met papieren erin. Veel afkortingen en omschrijvingen waren al voorbij gekomen: PDD-NOS, autisme, licht psychotisch gedrag, moeite met emotieregulatie, MCDD.
Een paar jaar daarvoor, toen hij 7 jaar was, zag hij mensen. Wachters noemde hij ze
Ik zag ze niet. Ze gingen overal mee naar toe. Bij elke stap die hij zette, kwam er een wachter bij. In een lange rij liepen ze achter hem aan. Soms tekende hij ze. Een soort engelfiguren, met vleugels. Er waren goede en slechte wachters. Op een dag waren ze ineens weg. Net als alle andere magische verschijnselen en gebeurtenissen die nog volgden.
Vorig jaar ging het echt fout
Hij was 11 jaar en hij durfde niet meer naar school, want daar was de Cito, een monster. Als de Cito in de school was, kon mijn kind niet naar binnen. Steeds angstiger werd hij. Hij trok zich terug in zijn eigen wereld. Die wereld was de bank en een zachte deken.
Hij snapte niet waar wij ons nu allemaal zo druk om maakten. Er was toch niets aan de hand? Hij kon toch gewoon de hele dag in zijn onderbroek op de bank zitten onder zijn deken? En dat kon hij dan toch gewoon zijn hele leven doen? En dan graag met mama er naast. Dan was het veilig.
Ik kon op een gegeven moment de deur niet meer uit. Mijn kind hield me tegen
En hij was groot. En sterk. En in de war. Als hij erg verward was, werd hij klein. Van het ene op het andere moment veranderde hij totaal. Zijn stem, zijn gezicht, zijn ogen, zijn motoriek. Alles. Doodeng vond ik het. Als het weer over was, was hij de tijd kwijt. Moe en ontredderd lag hij op de bank. Onder zijn deken. Zo kon het niet langer.
Mijn kind werd opgenomen
Maanden van behandeling volgden. Mijn kind werkte keihard. Wat ontdekten we veel!
Dat hij ernstig overvraagd bleek te zijn. Overprikkeld is. Angstig. De ontdekkingen waren mooi. Wat gezien kan worden als psychotisch gedrag, bleek bij mijn kind een beschermingsmechanisme van zijn lichaam en zijn geest. Als hij erg overprikkeld, overvraagd en gestrest is, wordt hij klein. Hij keert terug naar de wereld waar hij zich veilig en fijn voelt. En hij herstelt. Als het weer gaat, komt hij terug.
Als mijn kind zich nu zo gedraagt, vind ik het niet eng meer. Hij mag even klein zijn. We noemen het ontprikkelen. Hij voelt het nu aankomen. Rustig gaat hij naar de bank, onder zijn deken. Ik ben in de buurt en ga door met wat ik op dat moment aan het doen was. ‘Mama, ik ben er weer!’, roept hij dan. Als grote jongen van 12 ontprikkelt hij verder. En gaan we door met de dag. Het gebeurt steeds minder. Het duurt steeds minder lang.
Ik leerde anders kijken
Anders kijken naar mijn kind. Anders kijken naar alle afkortingen en omschrijvingen uit de ordner. Het maakt me al lang niet meer uit wat er allemaal in staat. Het zijn maar classificaties. De classificatie is nu ASS en angststoornis. Ze zijn nog nodig in de maatschappij van nu. Om hulp en zorg te krijgen. De wereld is nog niet klaar voor een maatschappij zonder classificaties en gewoon kijken naar wat nodig is voor herstel en levensloop.
Op de plek waar mijn kind nu is, kijken ze wel naar zijn herstelmogelijkheden
En naar zijn kracht. En het allerbelangrijkste: naar zijn tempo. Er is tijd. Overvraging hoeft niet meer.
Over een tijdje verlaat hij de kliniek helemaal. Ik ben optimistisch, maar voorzichtig. Hij zal weer moeten functioneren in een wereld die nog denkt volgens het oude model. Hier is een kind dat opgenomen is geweest en een berg aan afkortingen en papieren in zijn rugzak heeft zitten. Hij zal moeten vechten voor een plekje. Het kan weer mis gaan. Maar ik vecht mee. Daarom schrijf ik dit blog. Om aan de wereld te vertellen dat een kind met ‘psychotisch gedrag’ niet afgeschreven is voor de toekomst.
Hij is het meest krachtige en prachtige kind dat ik ken
Niemand werkt zo hard aan herstel als hij. Niemand leert zichzelf zo goed kennen als hij. Laten we kijken naar wat hij nodig heeft om het te redden, naar zijn autisme en hoe hij en zijn omgeving daarmee om moeten gaan. Is de wereld al klaar voor herstel? Ik wel!
Gastblog van een moeder, naam bij de redactie bekend.
Meer lezen over diagnoses?
- Geen eenzijdige diagnose: Of het wel een psychose was?
- Waarom moeten we af van diagnoses als depressie?
- De beschrijvende diagnose en DSM-classificatie – Ton van Heugten
Ken je de webwinkel van PsychoseNet al?
Geef een reactie