Dezelfde negatieve dingen die gebeuren in je leven kan je op pessimistische of optimistische manier uitleggen. Over pessimistisch denken gesproken. Psycholoog Martin Seligman beweert dat deze twee denkwijzen het verschil kunnen uitmaken of je wel of geen depressie krijgt.
Een van de beste boeken over depressie is Optimisme kun je leren uit 1991 van Martin Seligman
Het is een beroemd, baanbrekend boek dat nog steeds veel wordt gelezen en de essentie is dat pessimisme je leven zal verpesten. En dat pessimisme in combinatie met aanleg voor piekeren de kans op depressie groot maakt. Dus: leer optimistisch te denken.
Seligman, Amerikaans hoogleraar psychologie, wordt gezien als één van de meest vooraanstaande psychologen van de 20e eeuw. Hij heeft erg veel wetenschappelijk onderzoek gedaan, vooral op het gebied van optimisme en pessimisme. Samen met Csíkszentmihályi (Flow) staat hij aan de wieg van de positieve psychologie: in plaats van mentaal zieke mensen beter proberen te maken, laten we nu eens kijken of we mentaal gezonde mensen beter kunnen maken.
Volgens Seligman is depressie niets meer dan de symptomen van depressie
Het wordt veroorzaakt door negatieve gedachten. Er is geen diepe onderliggende stoornis die moet worden uitgeroeid: niet onopgeloste conflicten uit de kindertijd, niet onze onbewuste woede, en zelfs niet onze hersenchemie. Emotie komt rechtstreeks voort uit wat we denken: denk “ik ben in gevaar” en je voelt angst.
Depressie komt voort uit levenslange gewoonten van pessimistisch denken. Als we deze gewoonten van denken (reactie op negatieve gebeurtenissen) veranderen, zullen we depressie genezen.
Als je dingen pessimistisch uitlegt dan kan een mislukking of nederlaag je in een regelrechte depressie storten. Aan de andere kant, als je dingen optimistisch uitlegt, zal je de depressie kunnen stoppen. Optimisme leert je de vaardigheden om dingen zó uit te leggen:
1 Deze ellende is niet permanent.
2 Deze ellende kleurt niet mijn hele leven.
3 Deze ellende is niet mijn schuld.
Je kan het ook perceptie noemen, perceptie is hoe je naar de werkelijkheid kijkt, pessimistisch of optimistisch. Zie blog Depressie is perceptie.
Verhalen maken meer indruk dan droge uitleg…
en kunnen vaak veel beter duidelijk maken wat Seligman bedoelt. Hij vertelt in zijn boek het schrijnende verhaal over Liesbeth, een jonge vrouw die hij kende, een studente aan een universiteit waar hij ooit lesgaf. Ik laat Seligman aan het woord.
Drie jaar lang was haar adviseur, een professor in de Engelse literatuur, uiterst behulpzaam geweest, zelfs hartelijk. Zijn steun, samen met haar hoge cijfers, had haar een beurs opgeleverd om tijdens haar eerste jaar in Oxford te studeren. Toen zij uit Engeland terugkwam, was haar belangstelling verschoven van Dickens, de specialiteit van haar adviseur, naar vroegere Britse romanschrijvers, met name Jane Austen, de specialiteit van één van zijn collega’s. Haar adviseur probeerde Liesbeth over te halen haar scriptie toch over Dickens te schrijven, maar aanvaardde uiteindelijk haar besluit om aan Austen te werken en stemde ermee in als haar co-adviseur te blijven werken.
Enkele dagen voor haar mondeling examen…
stuurde de oorspronkelijke adviseur een briefje naar de examencommissie waarin hij de jonge vrouw beschuldigde van plagiaat in haar laatste scriptie. Haar vergrijp, zo schreef hij, was dat zij verzuimde twee wetenschappelijke bronnen te vermelden voor haar beweringen over Jane Austen, met de bedoeling om zelf met de eer te gaan strijken. Plagiaat is de grootste universitaire zonde, en de hele toekomst van Liesbeth, haar beurs om af te studeren, zelfs het afstuderen zelf, stond op het spel.
Toen zij de passages bekeek waarvan de professor schreef dat zij ze de bron niet had vermeld, ontdekte zij dat beide van dezelfde bron afkomstig waren: namelijk van de professor zelf. Ze had ze gekregen tijdens een informeel gesprek met hem, waarin hij had gesproken over de beweringen als zijnde zijn eigen gedachten over de zaak; hij had nooit de gepubliceerde bronnen genoemd waaruit hij ze had verkregen. De jonge vrouw was in de maling genomen door een mentor die jaloers was haar te verliezen aan een collega.
Veel mensen zouden woedend op de professor zijn geweest
Maar niet Liesbeth. Haar gewoonte om pessimistisch te denken deed zijn destructieve werk. Bij de examencommissie, daar was ze zeker van, zou ze schuldig overkomen. En, zei ze tegen zichzelf, er was geen manier waarop ze het tegendeel kon bewijzen. Het zou haar woord tegen het zijne zijn, en hij was tenslotte een professor. In plaats van zich te verdedigen, stortte ze in elkaar en bekeek elk aspect van de situatie in het meest negatieve licht. Het was allemaal haar eigen schuld, zei ze tegen zichzelf. Het maakte echt niet uit dat de professor de ideeën van iemand anders had gekregen. Het belangrijkste was dat zij de ideeën had “gestolen”, omdat ze de professor niet als bron had vermeld. Ze had vals gespeeld, geloofde ze; ze was een valsspeler, en dat was ze waarschijnlijk haar hele leven al geweest.
Het lijkt misschien ongelooflijk
dat ze zichzelf de schuld gaf terwijl ze zo duidelijk onschuldig was. Maar zorgvuldig onderzoek toont aan dat mensen met pessimistische denkgewoonten eenvoudige tegenslagen in rampen kunnen veranderen. Eén manier waarop ze dit doen is door hun eigen onschuld in schuld om te zetten. Liesbeth zocht naar herinneringen die haar extreme oordeel leken te bevestigen: bijvoorbeeld die keer dat ze in groep zes had overgeschreven van een ander meisje. Ze zweeg op haar hoorzitting voor de examencommissie en werd afgewezen.
Dit verhaal heeft helaas geen happy end
Met het mislukken van haar plannen, was haar leven geruïneerd. De afgelopen tien jaar heeft ze gewerkt als verkoopster. Ze schrijft niet meer, leest zelfs geen literatuur meer. Ze boet nog steeds voor wat zij beschouwt als haar misdaad.
Er was geen misdaad, alleen een gewone menselijke zwakheid: een pessimistische denkgewoonte. Als ze tegen zichzelf had gezegd: “Ik ben bestolen. Die jaloerse klootzak heeft me erin geluisd.”, dan zou ze zichzelf hebben verdedigd en haar verhaal hebben verteld. Het ontslag van de professor uit een eerdere baan waar hij precies hetzelfde kunstje had geflikt, zou dan aan het licht zijn gekomen. Ze zou met een hoge onderscheiding zijn afgestudeerd als ze maar andere gewoonten had gehad om na te denken over negatieve gebeurtenissen in haar leven.
Seligman eindigt met: gewoonten van denken hoeven niet voor altijd te zijn
Eén van de belangrijkste conclusies in de psychologie van de afgelopen twintig jaar is dat individuen kunnen kiezen hoe ze denken.
Door eerdere ervaringen, misschien pessimistische ouders, verpletterende nederlagen, misbruik, verlies van controle of enkele tegenslagen tegelijk, was Liesbeth geconditioneerd geraakt om te denken: het lukt mij toch niet. Je vertelt tegen jezelf dat je klem zit, je hebt geen controle over je leven, ontsnappen is onmogelijk. En zelfs als er een ontsnapping wordt aangeboden, dan doe je niks, je bent verlamd, apathisch, fatalistisch. Je geeft te vlug op. Je blijft vrijwillig in de gevangenis zitten. Dit laatste is de kern van Seligman en hij noemt het “aangeleerde hulpeloosheid”.
Seligman doet wat schamper over zelfhulpboeken, maar de hele cognitieve therapie is erop gebaseerd (misschien daarom juist zo schamper). Dat onze gedachten ons leven bepalen is uitgebreid beschreven door wereldberoemde schrijvers lang voor hem: James Allen, Joseph Murphy, Dale Carnegie, Norman Vincent Peale, Wayne Dyer en hun duizenden napraters (waaronder ik). Ook Oprah zegt het: “Je leven is niet wat je hoopt, maar wat je denkt”. Als je een prinses wil zijn, maar een worm denkt te zijn, dan krijg je het leven van een worm, het werk van een worm, de relatie van een worm en de identiteit van een worm. Je gedachten bepalen je leven, dus pas op wat je denkt. Zelfhulpboeken, de goeie, hebben al meerdere keren mijn leven gered.
Voltaire: Ik zou duizendmaal liever ziek liggen aan de koorts dan er een sombere denkwijze op na houden.
Geef een reactie