Lieve Sas,
We kennen elkaar al zo’n beetje ons hele leven. Toen ik klein was zat ik bij jouw moeder op de knutselclub, een straat verderop in Berkel en Rodenrijs. We werden echte vriendinnen toen we huisgenoten werden tijdens onze studie aan de Hoge Hotelschool in Maastricht.
We dronken witte biertjes op het Onze Lieve Vrouwenplein. Jij zong prachtig en speelde gitaar terwijl ik luidkeels en vals meezong. Weet je nog? Kissed by a rose van Seal. Daarna verhuisden we voor onze studies naar Amsterdam. Ik werkte na mijn promotie in de communicatiewetenschap als universitair docent voor de werkgroep Filantropie van de Vrije Universiteit en was lid van de Buitenlandcommissie van de PvdA. Ontmoette mijn geliefde met wie ik een prachtige zoon kreeg. Al gauw werd ons gezinsleven verstoord door mijn psychosen. Twee keer werd ik gedwongen opgenomen en belandde voor verschillende maanden in de Rembrandthof. Mijn man en ik zijn gescheiden, en we hebben co-ouderschap. Gelukkig gaan mijn ex-man zijn nieuwe vrouw en ik goed met elkaar om.
Jij rondde jouw studie af
en werkte als manager bij Stay Okay (voorheen ‘Jeugdherberg’). Tijdens mijn eerste gedwongen opname regelde je een fietspicknick voor me waar ik enorm van genoot. Na je werk bij Stay Okay vervulde je een lang gekoesterde droom. Je vertrok naar Madagaskar. Het eiland met witte zandstranden, een blauwe zee en ruisende palmbomen. Daar zette je je eigen restaurant op. Je leerde jouw liefde kennen met wie je samen twee prachtige meiden kreeg. Je hebt me vaak uitgenodigd om naar Madagaskar te komen, maar ik kwam nooit. Toen verhuisde je met je gezin naar La Reunion. Dat hoort bij Frankrijk en was wat beter georganiseerd, misschien kon ik nu komen? Maar weer kwam ik niet. Vervolgens besloot je dichterbij Nederland te gaan wonen. In Frankrijk, net over de Belgische grens. We hebben reeds heerlijke dagjes uit gehad met de meiden erbij in Katwijk. Ook kwam je me verschillende keren opzoeken op de hei in Bussum. Het telefoongesprek dat we onlangs voerden, is de reden dat ik deze blog schrijf.
Het ging ongeveer zo
Sas: “Hoi May”,
Ik: “Hoi Sas”,
Sas: “Hoe gaat het?”
Ik: “Goed, Noah heeft pas zijn rijbewijs gehaald.”
Sas: “Wauw, geweldig!”
Ik: “Hoe gaat het met jou?”
Sas: “Goed, ik vroeg me af wanneer je hier langs komt in Lille?”
Ik: “Uhhhh, dat is moeilijk voor me. “
Sas: “Oh?”
Ik: “Is er eigenlijk natuur bij jullie in de buurt. Ik ben bang dat ik in een stad kom.”
Sas: “Natuur? Wat maakt dat uit, waarom wil je dat weten?”
Ik: “Ik vind het belangrijk om in de natuur te zijn.”
Sas: “Er is hier wel een park hoor.”
Ik: “Ah, dank je, ja, dat vind ik fijn. Green mental health zeg maar.”
Sas: “Als ik je nou eens op kom halen met de auto?”
Ik: “Het is een lang stuk, ik reis eigenlijk ook liever met de trein.”
Sas: “Je bent toch ook naar Griekenland geweest, Frankrijk is geen Griekenland.”
Ik: “Uh, nee, maar daarna heb ik nog een psychose gehad. Want ik heb verschillende psychosen gehad hè. Ik kan niet zo goed tegen prikkels en reizen is heel veel prikkels”
Sas: “Ja, maar het zou zo jammer zijn als je niet meer kan reizen.”
Ik weet niet goed meer wat ik nog meer kan zeggen.
Ik: “Ik zal het met mijn psychiater bespreken.”
Tegelijkertijd besef ik hoe laf het is, om me achter mijn psychiater te verschuilen, want ik voel mijn grenzen beter aan dan zij dat kan doen. Ik heb echter het idee dat wat ik zeg geen gewicht in de schaal legt.
Ik vervolg: “In september ga ik waarschijnlijk met mijn zusje naar Gent, naar het Guislain museum.”
Saskia: “Dat is een uur hier vandaan. Mooi dan kom ik je ophalen en dan pak je een hotelletje of zo.”
Ik: “Uhhhh, sorry, maar dat is best druk. Alleen naar Gent gaan is al heel druk voor mij. Daar wil ik denk ik eerst mee beginnen.”
Saskia: “Ja, maar het is zo leuk als je mijn huis kan zien!”
Ik: “Ja, maar ik wil niet psychotisch worden. Er zijn mensen die hebben wat ik heb die begeleid moeten wonen. Ik ben al blij dat ik voor mijn zoon kan zorgen en dat ik een vredesorganisatie heb opgericht.”
Saskia: “Ik ben bang dat je mijn oude huis niet meer gaat zien. Nou ja, ik wil je ook geen druk opleggen.”
Ik zwijg.
Dan vervolg ik: “Ok, nou ja, we kijken wel, leuk in ieder geval om je weer gesproken te hebben.”
Daarna verbreken we de verbinding.
Inzicht in leven met psychosegevoeligheid
Ik peins. Ben moe door het gesprek. Ik denk ook dat ik je huidige huis in de buurt van Lille niet ga zien. Ook voel ik weer een beetje de pijn opkomen van vroeger bij het besef dat ik niet meer alles kan wat ik vroeger kon. Verder kan ik door mijn kwetsbaarheid niet meer discussiëren. Als iemand tegengas geeft word ik al gauw moe. Bij sommige vrienden, niet bij jou hoor, maar dan doet discussie me ook echt pijn. Voelt de woordenstroom als geweld. Meestal verval ik dan in zwijgen en wacht tot de ander uitgediscussieerd is. Kortom lieve Sas, ik houd van je. Je bent een fijne vriendin. Ik hoop dat ik je nieuwe huis kan bezoeken in Frankrijk, maar het heeft tijd nodig.
Ik schreef dit blog om mensen inzicht te geven in hoe het is om te leven met psychosegevoeligheid, al is dit natuurlijk een relatief luxe probleem. Zeker als je eraan denkt dat sommige mensen nauwelijks te eten hebben. Verder heb ik liever dat ik als gezond wordt gezien en moet uitleggen waarom iets niet gaat, dan dat ik als ‘’ziek’’ wordt beschouwd.
Maar goed, ik ben benieuwd naar jouw reactie? Ik vraag jou omdat ik je vertrouw, zodat jij kan aangeven hoe het is voor jou en omdat je goed kan schrijven.
Dikke kus,
May
Geef een reactie