Bij pianoles leerde Lonneke een liedje spelen dat soms in mineur gaat en soms in majeur. “Ik zie hier een gedeeltelijke parellel met mijn eigen leven in. Gelukkig niet volledig, want in het liedje gaat het meisje van 16 uiteindelijk dood, maar ik ben enkele dagen geleden 36 geworden.”
Bij pianoles oefenen we een mistroostig liedje: Meisje van Zestien
Oorspronkelijk is het een Frans nummer dat door Lennaert Nijgh. Volgens de Top2000 site is het zelfs de eerste grote hit van Boudewijn de Groot geweest.
Mensen die me kennen weten dat ik twee muzikale helden heb. Beiden waren al ver voor mijn geboorte gevestigde namen. Hoewel ik regelmatig op barricaden klim, ben ik, trouwens niet alleen wat betreft muzieksmaak, erg behoudend.
Op mijn pianoles leer ik niet zo netjes mogelijk te spelen.
Ik leer om steeds meer op gevoel te spelen en het systeem achter de noten te begrijpen
Het Meisje van Zestien is wat betreft muziektechniek een bijzonder nummer. Het wisselt continue van toonsoort. Dan staan er een aantal maten in F-groot geschreven en even later zitten we in D-mineur.
Mijn docent leerde mij al snel dat deze twee toonladders (F en Dm) bij elkaar horen. Zoals mijn stemmingswisselingen bij mij horen. Het zijn paralleltoonladders, wat betekent dat ze evenveel voortekens (mollen of kruizen) hebben. Ze maken dus voor het spelen van de hele toonlader, gebruik van dezelfde tonen en toetsen. Daarom lijken ze heel erg op elkaar. Ze verschillen alleen in welke akkoorden logisch zijn om te pakken om de melodie te ondersteunen.
Mineur en majeur horen allebei bij mijn leven en samen maken ze een lied
Ik speel het lied niet perfect, dat hoeft ook niet maar ik heb er meestal wel plezier in. En elke dag leer ik nog bij.
’s Avonds als de beeldschermen uit gaan, dan kruip ik achter mijn piano. Ik oefen de ritmes, zoek de akkoorden en herhaal het steeds weer. We zijn inmiddels al maanden met het nummer bezig, de buren moeten het inmiddels ook wel zat zijn. Toch verveelt het niet. Daar ligt opnieuw een parallel met de rest van mijn leven. Dan ga ik weer een tijdje in mineur en dan weer een tijdje in majeur.
Ik leef niet netjes volgens de normen van de maatschappij
Soms houd ik me niet aan afspraken. Dat kan ik niet. Daarvoor is het ritme waar ik me voortdurend aan moet passen aan mezelf te onregelmatig.
Voor de kenners, het meisje van zestien komt vroeg aan haar einde. Daar houdt de vergelijk dan ook op. Ik niet.
Meer lezen over muziek?
Geef een reactie