Antwoord
Beste K.,
Dank voor je vraag, erg confronterend deze overgang…
Trauma kan diepgaande effecten hebben op de psychische gezondheid en het welzijn van een persoon. De gevolgen van trauma kunnen variëren, afhankelijk van een reeks factoren, zoals de aard en duur van het trauma, de leeftijd waarop het trauma plaatsvond, en de persoonlijke veerkracht en ondersteuningsnetwerken van het individu.
Traumatische ervaringen kunnen in sommige gevallen leiden tot psychotische symptomen, zoals wanen of hallucinaties. Hoewel de exacte mechanismen nog niet volledig worden begrepen, wordt aangenomen dat extreme stress en angst een rol kunnen spelen bij het ontstaan van deze symptomen.
Trauma kan ook invloed hebben op hoe iemand zichzelf ziet en hoe hij of zij met anderen omgaat. Dit kan leiden tot moeilijkheden in relaties, een gebrek aan vertrouwen, en problemen met hechting. Dit soort dingen kan resulteren in een diagnose van ‘persoonlijkheidsstoornis’. Ik ben zelf niet zo’n fan van een dergelijk label – maar goed, het wordt gebruikt.
Met andere woorden: trauma kan resulteren in allerlei dingen, en in de huidige ggz betekent dat dat je terecht kan komen in verschillende zorglijnen. In jouw geval psychose en daarna persoonlijkheidsstoornis. De vraag is dan of het niet beter geïntegreerd opgepakt had kunnen worden.
De nadruk in de psychosezorg ligt vaak op herstelgericht werken. Dit betekent dat de behandeling zich richt op het helpen van de persoon om een zinvol en bevredigend leven te leiden, ondanks de aanwezigheid van symptomen. Peer-support en relationeel werken zijn hierbij belangrijke elementen. De betrokkenheid van mensen die zelf ervaring hebben met psychose (peers) kan helpen om hoop en begrip te bieden.
De behandeling van persoonlijkheidsstoornissen daarentegen heeft in het verleden vaak een psychodynamische inslag gehad. Dit kan soms betekenen dat therapeuten een zekere afstand bewaren en de patiënt ‘spiegelen’ – dat wil zeggen, reflecteren op hun gedrag zonder noodzakelijkerwijs warmte of nabijheid te bieden. Hoewel dit voor sommige mensen nuttig kan zijn, ervaren anderen het als kil en afstandelijk. Er is tegenwoordig een verschuiving naar meer relationele en cliëntgerichte benaderingen, maar sommige instellingen kunnen nog steeds de meer traditionele benadering volgen.
Het is begrijpelijk dat iemand die eerst warmte en nabijheid heeft ervaren in de psychosezorg, zich verward of teleurgesteld voelt wanneer ze een andere benadering tegenkomen in de zorg voor persoonlijkheidsstoornissen. Het is belangrijk voor zorgverleners om deze gevoelens te erkennen en te bespreken, en om samen te werken aan een behandelplan dat het beste past bij de behoeften en voorkeuren van de persoon.
Wellicht is dit iets om te bespreken met je behandelaars? Het is erg belangrijk in de behandeling dat er over en weer gepraat wordt over dit soort dingen, het is een belangrijk onderdeel van de therapie zelf.
Hope this helps!
Greetz Jim
Deze vraag is gesteld door een vrouw in de leeftijdscategorie 20-35
Beantwoord door: Jim van Os op 3 oktober 2023