Wim Veling is psychiater en hoogleraar psychiatrie bij het UMC Groningen. Hij werkt met jongeren en hun naasten die te maken hebben met psychose of bijzondere ervaringen.
Ik heb een vraag over een jongere met LVB en tekenen van psychose. Er was goede zorg ingezet: medicatie en behandeling. Helaas staat de jongere er niet meer voor open. De situatie is op het moment zorgelijk.
Welke instantie kan ons het beste verder helpen?
Beste L.,
Als de jongere niet meer openstaat voor medicatie en behandeling is het zoeken naar een ingang. Vaak ontstaat discussie over psychose en medicatie, maar misschien staat hij/zij wel open voor contact over andere zaken. Daarmee kan soms een brug gemaakt worden naar hulp. Dat kan vanuit de ggz, maar ook vanuit een instelling voor mensen met LVB.
Als dat niet lukt moet afgewogen worden of er verplichte behandeling nodig is. Dat is een zwaar middel, en mag alleen als een psychiatrische aandoening tot ‘ernstig nadeel’ leidt en er geen andere manieren zijn om het nadeel te voorkomen. Ernstig nadeel betekent bijvoorbeeld gevaar voor eigen leven of dat van anderen, maar ook sociaal en maatschappelijk helemaal vastlopen. De behandelaars kunnen helpen om deze afweging te maken, en kunnen een traject naar verplichte zorg ook in gang zetten. Als er geen behandelaars zijn kan de huisarts dit doen.
Veel sterkte!
Groet,
Wim
