Antwoord
Beste M.,
Wat jij beschrijft als ‘krassen over het schoolbord in mijn hersenen’ is waarschijnlijk hetzelfde als wat andere mensen beschrijven als ‘brainzaps’ of ‘elektrische schokken’. Mensen die daar last van hebben ervaren dit als buitengewoon onaangename verschijnselen die ze nog nooit eerder hebben ervaren.
Dat klopt ook wel, want deze klachten hebben vrijwel zeker niets te maken met de klachten waarvoor je ooit antidepressiva bent gaan gebruiken. Dat je last hebt van dat ‘krassen over een schoolbord in je hersenen’, heeft dus vrijwel zeker niets te maken met je vroegere of huidige depressieve klachten of angstklachten. Wel voorstelbaar is dat je door zulke onaangename klachten meer angst gaat ervaren of dat je je daardoor somber gaat voelen. Om te helpen om dat te voorkomen is het voor jou hopelijk een geruststelling dat je weet dat die klachten, hoe onaangenaam ook, niet komen door je eerdere depressieve klachten of angstklachten.
Die onaangename klachten hebben te maken met de medicatie die je gebruikt, en mensen hebben daar vooral last van als ze die medicatie te snel afbouwen. Hoeveel last mensen daarvan kunnen hebben en hoelang is niet te zeggen. Mensen verschillen daarin namelijk enorm. De een heeft helemaal geen last of alleen maar heel kortdurend, iemand anders kan juist weer heel veel last hebben en ook heel lang. Het is daarom niet goed mogelijk om te zeggen hoe dat voor jou zal zijn.
Wat je moet doen om dit soort klachten zoveel mogelijk te voorkomen is heel geleidelijk afbouwen en niet doorgaan met afbouwen als je merkt dat het afbouwen voor jou te snel gaat. Als dat gebeurt dan is het beter om een tijdje of een tijd op dezelfde dosis te blijven tot je klachten voldoende zijn verminderd om weer verder te kunnen gaan. Omdat jij al veel last van deze klachten hebt gehad en nog steeds hebt, betekent dat voor jou waarschijnlijk dat je de nodige tijd nodig zult hebben verantwoord te kunnen afbouwen. Zolang je voor jezelf merkt dat het, ook al houd je nog klachten, toch steeds een klein beetje beter gaat, dan is dat hopelijk voor jou ook goed te doen. Uit wat je schrijft maak ik op dat dit voor jou ook zo werkt omdat je schrijft “want na 6 weken behoorlijke onttrekkingsverschijnselen te hebben gehad, zwakt het wat af”.
Dat je klachten ‘wat afzwakken’ lijkt misschien een kleine stap vooruit. Maar het is heel belangrijk om voor jezelf te constateren dat die vooruitgang er voor jou wel degelijk is, ook al is het maar een klein stapje vooruit. Als je maar genoeg van die kleine stapjes kunt maken dan kom je uiteindelijk toch een heel eind. Dat besef zal je hopelijk vertrouwen geven om ondanks de klachten die je toch nog hebt, toch met vertrouwen verder te kunnen gaan. Het is beter voor jezelf om te accepteren dat het afbouwen misschien nog een hele tijd kan duren, dan tevergeefs blijven hopen dat iemand opeens met een snelle oplossing zal komen die er dan toch niet komt. Daar word je op den duur alleen maar steeds ongelukkiger van. Zo’n makkelijke en snelle oplossing is er naar ik vrees nu eenmaal niet voor jou.
Om je hopelijk nog wat meer vertrouwen te geven raad ik je aan om een keer rustig de tips voor afbouwen van medicatie van Prof. Jim van Os door te lezen. Dan begrijp je daarna hopelijk nog beter wat je zelf allemaal kunt doen om het afbouwen van je medicatie voor jou zo goed mogelijk te laten verlopen.
Laat dit antwoord ook aan je behandelaar lezen. Want het is heel belangrijk dat jullie er samen voor zorgen dat je iets aan je huidige klachten kunt doen, en dat je uiteindelijk je medicatie hopelijk helemaal en zonder al te veel problemen zult kunnen afbouwen. Ik wens je daarbij veel succes.
Met vriendelijke groet,
Peter
Deze vraag is gesteld door een vrouw in de leeftijdscategorie 50-65
Beantwoord door: Peter Groot op 6 september 2021