Prof. dr. Ralph Kupka is hoogleraar Bipolaire Stoornissen, verbonden aan het Amsterdam UMC, locatie VU Medisch Centrum, en psychiater bij GGZinGeest (Amsterdam) en Altrecht (Utrecht). Hij is Vice-President of Education van de International Society for Bipolar Disorders (ISBD) en daarnaast bestuurslid van de Alliantie Kwaliteit GGZ (Akwa).”
Beste Ralph,
Enige tijd geleden vernam ik dat nierproblemen bij lithiumgebruik met name optreden bij mensen die moeilijk zijn in te stellen op lithium. Klopt dit? Ik kan het nergens terugvinden. Ik heb gelezen dat bij 20% van de mensen die lithium gebruiken na verloop van tijd nierproblemen optreden.
Zijn er risicofactoren aan te wijzen? Ik ben ook benieuwd of de hoogte van de dosering of lithiumspiegel uitmaakt. Veel dank alvast voor uw antwoord.
Vriendelijke groet,
R.
Beste R.,
Nierproblemen kunnen bij een deel van de mensen die langdurig (vele jaren) lithium gebruiken optreden, maar vaker gebeurt dat niet. Een nierprobleem kun je zien aankomen door tenminste elk half jaar de nierfunctie te laten bepalen in het bloed (kreatinine en GFR).
Met lithium streef je altijd naar de laagste dosis/spiegel die bij een bepaalde persoon effectief is. Kwestie van geduldig en zorgvuldig uitzoeken. Meestal streven we naar een spiegel tussen 0.6 en 0.8 mmol/l, soms kan het lager (b.v. 0.5), soms moet het hoger (b.v. 1.0).
Te hoge lithiumspiegels zijn schadelijk voor de nieren, dus dat is misschien wat je bedoelt met moeilijk in te stellen?
Met vriendelijke groet,
Ralph Kupka
