Hallo Peter,
Ik gebruik nu twee weken lorazepam 2.5 mg. Nu wil ik ermee stoppen.
Kan dit zonder problemen?
Dank je wel.
Dr. Peter C. Groot is onderzoeker en ervaringsdeskundige bij User Research Center NL, UMC Utrecht. Hij is deskundige medicatie afbouw en taperingstrips. Taperingstrips (ook wel: afbouwmedicatie) maken veilige afbouw praktisch mogelijk van medicijnen die bij te snel stoppen problemen kunnen veroorzaken.
Hallo Peter,
Ik gebruik nu twee weken lorazepam 2.5 mg. Nu wil ik ermee stoppen.
Kan dit zonder problemen?
Dank je wel.
Beste F.,
Lorazepam behoort tot de zogenaamde benzodiazepinen. Dat zijn middelen die volgens de richtlijnen bedoeld zijn voor kortdurend gebruik van liefst niet langer dan twee weken. Omdat jij je lorazepam nog niet langer dan twee weken hebt gebruikt, is het voor jou misschien nog mogelijk om daar nu weer snel en hopelijk zonder problemen mee te stoppen. Omdat gewenning bij sommige mensen heel snel kan optreden en omdat we niet kunnen voorspellen bij wie dat gebeurt, is het daarbij voor jou wel belangrijk dat je nadat je gestopt bent goed oplet of het goed met je blijft gaan.
Als je merkt dat je na het stoppen (nieuwe) klachten begint te krijgen dan is het waarschijnlijk raadzaam om weer lorazepam te gaan gebruiken, waarbij een lagere dosis dan 2.5 mg misschien al genoeg kan zijn om dan snel iets tegen die klachten te kunnen doen. Als dat dan lukt dan kun je opnieuw je lorazepam gaan afbouwen, alleen moet je dat dan heel geleidelijk gaan doen. Omdat je dan weet dat in één keer stoppen voor jou geen optie is. Maar hoop voor jou dat dat allemaal niet nodig zal zijn.
Als je geleidelijker moet gaan afbouwen dan is de veilige en verantwoorde manier om dat te doen door de dosis in een groot aantal kleine stapjes te verlagen. Op die manier kun je je lichaam na ieder stapje tijd geven om te wennen aan de steeds een klein beetje lagere dosis. Wanneer daarvoor voldoende tijd is zul je veel minder snel klachten krijgen door onttrekking. En als je die dan nog krijgt dan zullen die niet meteen heel erg zijn. Wat jou en je behandelaar dan tijd geeft om iets tegen die klachten te doen voordat ze voor jou te erg worden. Bijvoorbeeld door dan te stabiliseren of door dan nog geleidelijker te gaan afbouwen.
Hieronder vind je een algemene uitleg over afbouw van medicatie en belangrijke informatie die je daarbij nodig kunt hebben. Je kunt dit antwoord uiteraard aan je behandelaar laten lezen. Ik hoop dat je met dit antwoord verder komt.
Met vriendelijke groet,
Peter
ALGEMENE UITLEG OVER VERANTWOORD AFBOUWEN IN DE PRAKTIJK
Als je medicatie gebruikt raakt je lichaam daaraan gewend. Over wat er dan in je lichaam allemaal kan gebeuren is best veel bekend maar nog lang niet genoeg om te kunnen voorspellen of en wanneer en hoe snel iemand onttrekkingsklachten zal krijgen, hoelang die dan zullen duren en hoe erg die dan zullen zijn.
Omdat je niet van tevoren precies kunt weten of de snelheid waarmee je gaat afbouwen voor jou goed is, moet je tijdens het afbouwen proberen om iedere dag bij te houden hoe goed dat voor jou gaat. Zolang het goed gaat kun je verder gaan met afbouwen volgens het schema dat was gekozen. Als je merkt dat je tijdens het afbouwen (onttrekkings)klachten begint te krijgen, dan is dat een teken dat het afbouwen voor jou te snel begint te gaan.
Wat je dan NIET moet doen is zomaar verder gaan met het verlagen van de dosis, omdat onttrekkingsklachten dan nog erger zullen worden. En dat wil je niet. Wat je WEL moet doen is contact opnemen met je behandelaar en bespreken of je bijvoorbeeld een tijdje op dezelfde dosis gaat blijven. We noemen dat stabiliseren. Stabiliseren doe je om je lichaam de tijd te geven om te wennen aan de dosis waarop je zat toen je klachten begon te krijgen. Onttrekkingsverschijnselen zullen hierdoor verminderen en hopelijk weer helemaal verdwijnen. Dat kan heel snel gaan. Als dat gebeurd is, dan kun je daarna als je je weer goed en sterk genoeg voelt verder gaan met afbouwen. Alleen moet je dat dan langzamer doen dan je eerder deed.
Als je op deze manier met je behandelaar goed kunt samenwerken dan heb je de minste kans op problemen en de grootste kans dat het afbouwen zal lukken. Als je daarvoor meer tijd nodig hebt, dan moet je die tijd ook nemen.
De beste manier om geleidelijk en verantwoord af te bouwen zoals hierboven bedoeld is, is om de dosis in een aantal kleine stapjes te verlagen waarbij ervoor gezorgd wordt dat die stapjes naar het einde toe steeds kleiner worden. In technische termen noemen we dat hyperbolisch afbouwen. Je kunt dit vergelijken met de manier waarop een kind van een glijbaan afgaat. In het begin gaat dat sneller maar door de curve van de glijbaan gaat dat naar het einde toe steeds langzamer. Dat zorgt ervoor dat het kind, ook al gaat dat in het begin heel snel, aan het eind toch zonder schok en heel gelukkig tot stilstand kan komen. Bij afbouwen probeer je hetzelfde te bereiken. Waarbij je jezelf kunt helpen door tijdens het afbouwen goed op te letten hoe dat voor jou gaat zodat het afbouwschema op tijd kan worden aangepast als je merkt dat het voor jou te snel begint te gaan (dat wil zeggen als je door het afbouwen klachten krijgt).
Bij afbouwmedicatie zit altijd een zelfmonitoringformulier dat je één keer per dag moet invullen. Dat is niet moeilijk en het kost je niet veel tijd. Als je dat iedere dag doet dan kun je veel beter zien hoe het afbouwen voor jou gaat, en als je het ingevulde formulier aan je behandelaar laat zien dan kan hij of zij dat ook zien. Dat helpt jullie om samen goede beslissingen over jouw afbouw te nemen.
PERSOONLIJK ADVIES BIJ HET KIEZEN VAN EEN AFBOUWSCHEMA
Ook kunnen behandelaars bij de apotheker een persoonlijk advies vragen voor een afbouwschema voor een patiënt. Hoe dit moet, wordt uitgelegd op blz. 3 van het recept/bestelformulier voor taperingstrips.
Minister Kuipers van VWS heeft gevraagd om het bij NZa te melden als het niet vergoeden van afbouwmedicatie ervoor zorgt dat niet verantwoord kan worden afgebouwd.