Antwoord
Dag M.,
Dank voor je vraag. Ongeveer de helft van de mensen ervaart ontwenningsverschijnselen van het afbouwen van (de laatste milligrammen) van een middel. De andere helft dus niet, die kunnen ‘zo maar’ stoppen en hebben nergens last van.
Hoe weet je of jij bij die ene groep zit?
Dit zijn de risicofactoren zoals we die op de afbouwpoli bespreken.
Risicotaxatie afbouwen van psychofarmaca:
1 Welk medicijn gebruik je en in welke dosering?
Hoe korter de halfwaardetijd, hoe meer kans op afbouwklachten. Hoe hoger de dosering des te meer kans op klachten. Slaap- en kalmeringsmiddelen (meestal benzodiazepines) zijn in hogere doseringen berucht om heftige afbouwklachten.
2 Hoelang gebruik je het medicijn (bij benadering) al?
Hoe langer iemand een bepaald medicijn gebruikt, hoe moelijker het wordt om af te bouwen.
3 Had je bijwerkingen bij het opstarten van het medicijn?
Als je bij het opstarten van het medicijn veel bijwerkingen had, dan kun je bij het afbouwen ook (vaak dezelfde) klachten krijgen.
4 Heb je wel eens klachten gehad als je een dosis was vergeten?
Een goede waarschuwing, je weet nu van tevoren dat je heel, heel geleidelijk zult moeten afbouwen.
5 Gebruik je nog meer medicijnen?
Naarmate je meer medicijnen gebruikt neemt de kans op complicaties bij het afbouwen toe.
6 Zie je ertegen op om af te bouwen?
Ben jij, of is jouw familie, bang voor het afbouwen, zorg dan voor extra begeleiding en gun jezelf meer tijd.
7 Ben je zwanger of hoop je dat binnenkort te zijn?
Zwangerschap is een extra risicofactor als het gaat om afbouwen.
Mocht je op grond van het antwoord op deze vragen vermoeden dat je misschien wel ontwenningsverschijnselen gaat krijgen, dan kun je beter het zekere voor het onzekere nemen en langzaam (als een glijbaan, met op het einde nog kleinere stapjes) afbouwen. Het beste is dan een of twee taperingstrips.
Hoop dat dit je iets verder helpt?
Vriendelijke groet,
Remke
Deze vraag is gesteld door een vrouw in de leeftijdscategorie 50-65
Beantwoord door: Remke van Staveren op 26 april 2023