Antwoord
Beste M.,
In de reguliere GGZ heb ik regelmatig gezien dat psychiaters zo hun eigen voorkeur hebben om een bepaald type (merk) medicijn vaak voor te schrijven. Voor de inzet van medicatie bestaan protocollen, maar binnen een bepaalde groep medicijnen hebben behandelaren vaak zo hun eigen middel van eerste keuze.
Je hebt volgens mij gelijk dat je opmerkt dat er vaak tijdgebrek is of om andere redenen veel minder met cliënten wordt gesproken dan wenselijk, en dat er soms sneller een recept is uitgeschreven dan tijd en ruimte wordt genomen voor een goed gesprek. Of dat altijd luiheid is weet ik niet, in de GGZ-instellingen moet helaas vaak ook echt ‘productie worden gedraaid’ en hebben behandelaren vaak ook werkelijk veel minder tijd dan ze zelf zouden willen.
Bij het beslissen over en voorschrijven van depotmedicatie is dat laatste juist ontzettend belangrijk. Het is veel beter om dat in goed overleg te doen met duidelijke uitleg en motivatie van de behandelaar. Het gebruik van orale medicatie is vaak minder belastend dan telkens weer de injecties. Als voor depot wordt gekozen, is een behandelaar je toch wel verplicht de reden daarvoor goed uit te leggen, vind ik. Zeker omdat het, als ik je bericht goed lees, niet tot jouw tevredenheid is.
Ik hoop dat je toch een manier kunt vinden om een gelijkwaardig gesprek te krijgen met de arts. Je zou daarbij ook kunnen kijken of het mogelijk is of er iemand met je meegaat en je kan steunen in je vraag om een goed en duidelijk gesprek. Een behandelaar kan keuzes maken over je behandeling, maar liever niet over je hoofd heen en je hebt als cliënt echt het recht op een open gesprek én dat daar serieus tijd voor wordt genomen.
Ik hoop dat je hier iets aan hebt.
Veel succes ermee en hartelijke groet,
Timo
Deze vraag is gesteld door een vrouw in de leeftijdscategorie 50-65
Beantwoord door: Timo van Kempen op 22 april 2021