Een interview met Stef Linsen. Stef Linsen heeft 25 jaar ervaring als psychiater-psychotherapeut. Hij werkte met adolescenten, ouderen en volwassenen in diverse instituten (zowel (poli)klinisch als dagbehandeling), een tbs-kliniek, een instituut voor zwakzinnigenzorg en in zijn eigen praktijk. Nu werkt hij freelance voor (onder andere forensische) GGZ-instellingen en geeft hij leerpsychotherapie aan psychiaters in opleiding.
Komen er veel ‘partners van’ mee in jouw praktijk en komt het gesprek dan ook op de relatie?
Dat hangt heel erg af van de fase van het ziektebeeld waarin men zit. Hoe acuter de situatie is, hoe minder kans dat de relatie aan de orde komt. Als er sprake is van angst en wanhoop is daar geen ruimte voor.
Maar als mensen in een rustiger vaarwater komen, dan kun je erover beginnen. Maar of en hoe dat gebeurt, is heel individueel. Soms is er gewoon niet genoeg tijd om het zo te laten ontwikkelen. Als freelancer werk ik korter met mensen en dan komen dit soort gesprekken niet zo veel voor.
De manier waarop je erover praat, ligt aan de mensen zelf. De ene partner zit helemaal op de zorg-tour en de ander wil zijn ‘oude’ partner gewoon terug. Die is er klaar mee en wil gewoon dat alles weer is zoals vroeger. Die mensen lopen niet gelijk met elkaar. Zie het als vastzittende rouw.
Op je website en blogs heb je het over het WILBO-syndroom. WILBO staat voor Wanhoop, Isolatie, Loyaliteitsconflict, Belangentegenstelling, Overbelasting. Verloopt het proces in deze volgorde?
Nee, dat hoeft niet. Ik heb deze term zelf bedacht en dit zijn wel de fases die de ‘partners van’ kunnen doorlopen maar die volgorde kan wisselen. Meestal hoor je dat de partner overbelasting ervaart en dat wordt veroorzaakt door een of meer van de andere punten.
Wat betekent het voor een relatie als één van de twee psychotisch of depressief wordt? Wat verandert in de loop van de tijd?
Je kunt ook zeggen: wat verandert er als je partner reuma krijgt of dement wordt of een CVA krijgt? Wat mensen vaak zeggen is dat ze ineens met een andere partner zijn getrouwd.
Depressie is er in verschillende maten, dus het hangt daar ook van af. Je ziet vaak dat mensen in een afdalende prestatiecurve terechtkomen. Dan wordt de partner steeds meer mantelzorger en de relatie ongelijkwaardiger. In een gezonde relatie ben je gelijkwaardiger mét verschillen.
De partners moeten allebei door een rouwproces, dat is erg belangrijk. Dan kan het nog zo zijn dat de patiënt bijvoorbeeld behandeling weigert of dingen doet die zijn herstel tegengaan. Dan kan de partner afbranden en er uiteindelijk mee willen stoppen. Omdat hij of zij er anders zelf aan kapot gaan. Dat is heel verdrietig, maar het gebeurt.
Zijn de ‘partners van’ niet óók weer afhankelijk van anderen om zich af en toe los te kunnen maken? M.a.w.: als iemand depressief of psychotisch wordt, moeten er dan niet veel meer mensen hulp en steun geven, naast alleen de partner?
Hoe geïsoleerder je bent, hoe minder schokbestendig je bent. Wat je ziet: hoe vaker iemand psychotisch is, hoe beperkter het netwerk wordt. Hij of zij verliest bijvoorbeeld de partner en de familie heeft ook een eigen leven. Met eigen problemen of een schoonmoeder die óók hulp nodig heeft.
Sociale isolatie is eigenlijk een bijwerking die het ziekteproces kan versterken. Omgekeerd kun je stellen, hoe groter het netwerk is om schok te absorberen, hoe beter voor de partners. Schokbestendigheid geeft een gunstiger beloop.
Maar dit zijn dingen die gebeuren buiten de spreekkamer. Als je een vriendin hebt die je begeleidt naar de crèche om je kinderen te halen of iemand die je meeneemt om koffie te drinken in de stad of als je nog gaat volleyballen… allemaal dingen waardoor je uit je isolement gaat.
Ziekte leidt vaak tot isolatie en de partner heeft daar in verdunde mate last van.
Helaas zie je vaak chronische patiënten die alleen de hulpverlening nog als sociaal netwerk hebben. Dat is heel verdrietig: wie niet meekomt, blijft achter. Zo gaat dat in deze maatschappij.
Hoe blijven mensen aangehaakt en gelijkwaardig in een relatie als er een afhankelijkheid ontstaat?
Dat is de One Million Dolllar Question!
Er moet iets van balans zijn. Er moet iets zijn wat dat wat minder wordt compenseert om het vol te houden. Dat heeft te maken met de geschiedenis die partners samen hebben en met de capaciteit die ze hebben. Maar er moet een compensatie zijn, anders loopt de partner leeg omdat hij of zij vooral aan het geven is. Denk maar aan een pak melk. Als je blijft inschenken, is het pak op een gegeven moment gewoon leeg.
Je hebt 2 boeken + een handig e-book geschreven. Zijn de tips voor depressieve partners heel anders dan voor psychotische mensen? In welk opzicht?
Beide boeken gaan over het 5-voudige afbrand-risico van de partners: het WILBO syndroom. Het antwoord daarop is LLOVERS: Leuk, Leerzaam, Organiseer, Verdeel, Erken, Ritme en Steun.
- LEUK: Blijf leuke dingen – zoals je eigen hobby – doen. Je hebt elke week een avond voor jezelf nodig. Dat mocht daarvoor ook, dus waarom nu niet meer? Doe dingen die je energie geven.
- LEER: Leer over het ziektebeeld van je partner. Kennis voorkomt dat je de verkeerde dingen doet.
- ORGANISEER: Reorganiseer het dagelijks leven. Welke dingen moeten echt doorgaan en wat kan beter worden aangepast? Kijk wat je partner nog zelf kan doen en neem niet alles uit handen.
- VERDEEL: Verdeel de taken in en om huis. Vraag hulp! Schakel eventueel een buitenstaander voor bepaalde klussen in. Ga niet de hele tijd op één persoon leunen.
- ERKEN: Erken dat jouw situatie niet gelijk is aan die van je partner. Jij bent immers de partner van de aangedane die lijdt aan een psychische kwetsbaarheid, jijzelf niet.
- RITME: De kans is groot dat jullie in je normale ritme vastlopen. Het evenwicht is verstoord. Rust, reinheid en regelmaat zijn voor iedereen die uit balans is goed.
- STEUN: Steun is het fundament van herstel uit depressie. Die steun zit deels bij jezelf en deels bij anderen.
Als je dat allemaal doet, blijft het hanteerbaar. Misschien wordt het niet fantastisch, maar het geeft een goede houvast en een basis om op terug te vallen.
Het e-book is een heel praktisch boekje met ontzettend veel handvatten. Er worden allerlei vragen in beantwoord waar je mee te maken kunt krijgen als je met een psychische stoornis te maken krijgt. Variërend van het aanvragen van een PGB tot praten met lotgenoten. Heel erg veel doorverwijzingen naar goede websites met onafhankelijke informatie.
De ‘Help, mijn partner’ boeken zijn – de naam zegt het al – bedoeld als naslagwerk voor de partner. Met praktische tips om niet op te branden en als gids om je weg te vinden binnen de ggz en natuurlijk info over de ziekte.
Het is een naslagwerk dat je kunt gebruiken voor het hele gezin als een vader of moeder depressief of psychotisch is. Hoe praat ik erover met de kinderen? Adressen waar kinderen of ouders zelf kunnen chatten. Alle betrokkenen komen in dit boekje aan de beurt voor informatie en tips.
Je zegt dat je helder en toegankelijk schrijft. Merk je in de spreekkamer ook dat daar behoefte aan is, heldere taal?
Ik ben niet van de vage teksten, ook niet in de spreekkamer. Niemand is daarmee geholpen, zeg ik altijd. Heldere taal, daar is zeer grote behoefte aan en mensen die de boeken hebben gelezen, merken dit ook op. Het is goed te gebruiken, moeilijke woorden probeer ik zo veel mogelijk te vermijden. Het is zó geschreven dat de meeste mensen het kunnen begrijpen.
Zouden alle mensen die te maken hebben met psychische kwetsbaarheid gebaat zijn met een soort relatietherapie?
Het wordt wel steeds gebruikelijker. In mijn boek bespreek ik het ook en leg ik uit welke familietherapieën er zijn. Er zijn allerlei verschillende therapieën. Dat is een stukje psycho-educatie. En ik adviseer mensen ook om na te denken: wat is voor jou of jullie belangrijk?
In het e-book staan veel nuttige adressen waar je informatie kunt krijgen voor patiënten én hun familie en contact met lotgenoten. Er is altijd wat te halen bij regiobijeenkomsten, ga kijken, sla het niet over. Het zijn vaak heel nuttige aanvullingen op de ggz behandeling. Niet alles kan in de spreekkamer, gewoon omdat het meer tijd nodig heeft.
Wat wordt het volgende boek?
Ik heb twee boeken en een e-book geschreven in minder dan drie jaar. Ik heb mezelf beloofd de rest van het jaar rustig aan te doen en gewoon te werken. En na te denken over de volgende stap. Ik heb al ideeën voor webinars. Daar ga ik rustig over nadenken.
Meer lezen van Stef Linsen?
Blog:
- Ben jij partner van iemand met psychosegevoeligheid?
- In voor- en tegenspoed: dubbelinterview over intieme momenten in moeilijke tijden
Boeken:
Geef een reactie