In de vorige blog met gedachtenwisselingen tussen May-May Meijer en Jim van Os, vroeg May-May zich af waar de grens ligt tussen psychotisch zijn en de eigen wil. Jim gaf daarop zijn visie. May-May heeft hier echter nog een opmerking en een vraag over.
Zolang ik kan reflecteren op wat ik doe vind ik het goed.
Voor mij is de grens of het goed gaat met me of niet, of ik kan reflecteren op wat ik doe
Nu gaat het redelijk goed met me. Maar als ik opdrachten krijg en ze klakkeloos uitvoer, gaat er iets niet goed. Toch is er een grijs gebied.
Zo was ik in oktober 2017 een week opgenomen nadat ik mijn lidmaatschap van de PvdA had opgezegd. Nu is het opzeggen van een lidmaatschap niet zo vreemd, maar wel als je denkt dat daardoor wereldvrede komt en je daarvoor op je blote voeten op straat loopt en zonder je telefoon te gebruiken – want die hoort bij de AIVD – naar Den Haag reist.
Onderweg naar het partijkantoor huilde ik op straat om de overleden Eberhart van der Laan en voor het partijkantoor schreeuwde ik: “Er komt wereldvrede aan”. Daarna stapte ik bij het politiekantoor naar binnen omdat ik gedaan had wat ik moest doen en omdat ik ergens wist dat ik psychotisch was.
Gelukkig had de voorzitter van de lokale PvdA afdeling door dat ik mijn lidmaatschap niet zomaar opzeg, en ben ik met zijn hulp weer lid geworden. Toch heb ik me voordat ik psychotisch werd wel eens afgevraagd of het niet beter zou zijn als ik ‘onafhankelijk’ zou zijn – en dus geen lid van een politieke partij – want ik ben nu voorzitter van een vredesorganisatie.
En houdt de partij eigenlijk wel van mij met mijn kwetsbaarheid? Door de actie van de lokale voorzitter, heb ik het gevoel dat ik ook met psychische kwetsbaarheid bij de partij hoor. Dus daar laat ik het bij, maar als hij dat niet had gedaan was ik nu waarschijnlijk partijloos geweest. Ik zet me in voor vrede voor iedereen, en ben lid van een politieke partij en ben rooms-katholiek.
Ik hoor Christus zijn stem in mijn hoofd en hij inspireert mij
Tot mijn 37e jaar was ik alleen in mijn hoofd. Daarna was ik een aantal keren zwaar psychotisch. Sinds ongeveer een jaar hoor ik de stem van Christus in mijn hoofd.
Hij inspireert mij vaak om iets te doen. Ik ben daarin vrij om te doen wat ik wil. Als ik het niet wil doe ik het niet. Op advies van Christus ben ik nu open over mijn psychische kwetsbaarheid.
Ik denk dat dat ook mijn eigen wil is. Ik schreef verschillende publicaties over mijn psychische kwetsbaarheid. Wat als Christus er niet zo zijn? Zou ik het dan ook gedaan hebben?
Waar ligt de grens tussen psychotisch zijn en de eigen wil?
Ben ik nu ‘ziek?’ en verminderd toerekeningsvatbaar? Daaraan moet ik denken als psychiaters termen gebruiken als ‘psychotische restverschijnselen’ en aangeven: “Het gaat goed met je, maar er is een vreemd puzzelstukje.’’
Geestelijk voel ik me goed, misschien wel ‘’opener’’ dan voordat ik ‘’ziek’’ was, alhoewel ik wel een psychische kwetsbaarheid heb. Of zou ik me schamen voor mijn werk als ik ineens Christus niet meer hoor?
Ik denk het niet eigenlijk. Zeker niet voor mijn vredeswerk. Ik ben juist blij en erg dankbaar dat Christus me dat inzicht heeft gegeven. En, waar halen ‘’gewone’’ mensen hun inspiratie dan vandaan? Je kunt wel zeggen uit een schilderij, de natuur, muziek.
Maar dan moet er toch een soort ‘liefde zijn voor wat je ziet of hoort’? Want je gaat er daarna mee aan de slag. Dus wat is dat eigenlijk ‘eigen wil’? En wat te denken door beïnvloeding van anderen in de omgeving, reclame, et cetera?
Dus waar begint de eigen wil en waar houdt het op?
Over het algemeen denk ik hier niet zoveel over na, en ga ik maar uit van de situatie hoe die nu is. Ik laat me met liefde leiden door Christus. Op sommige momenten vraag ik het me echter wel af hoe anderen er tegenaan kijken, en ik ben heel erg benieuwd hoe jij dit ziet Jim?
May-May Meijer
Antwoord Jim:
Hey May-May,
Met betrekking tot ‘eigen wil’ is zelfreflectie volgens mij inderdaad cruciaal, gekoppeld aan iets anders belangrijks wat je beschrijft: jezelf kunnen verplaatsen in de ander, en hoe die naar je kijkt. Met andere woorden: een kritische dialoog voeren met jezelf en jezelf door de ogen van iemand anders kunnen bekijken. Zo ben je in gesprek met jezelf en de wereld – een goede basis voor oordeels- en handelsbekwaamheid onder de eigen wil.
Wat jij doet is heel belangrijk en draagt evident bij aan een betere wereld – en dat de stem van Christus je hierin steunt doet hier natuurlijk niets aan af.
Iedereen wordt geleid door zijn innerlijke stem, die volgens mij net zoveel vormen aan kan nemen als er mensen en culturen zijn
Omdat je bescheiden bent zou ik het willen omdraaien: zit in wat jij zegt over het belang van zelfreflectie en bereid zijn om jezelf door de ogen van de ander te bekijken niet een belangrijke boodschap voor ons, hulpverleners in de GGZ?
Zou systematische zelfreflectie en afstemmen met de ander niet een cruciaal onderdeel moeten zijn van ons handelen in de hulpverlening? Hiermee bedoel ik dat we onszelf in het contact met de ander voortdurend vragen stellen als:
- Waar zijn we nu mee bezig?
- Hoe ziet de ander mij?
- Luister ik genoeg?
- Stel ik me kwetsbaar genoeg op?
- Kijk ik met genoeg verwondering naar de ander of ben ik bezig hem in een hokje te zetten?
- Zitten we een braaf rollenspel te spelen of is er echt sprake van een betekenisvolle interactie?
- Ben ik betrokken of heb ik moeite om een relatie aan te gaan met deze persoon? En waarom?
Kortom, als jij bereid bent tot zelfreflectie en je bezig te houden met de positie van de ander is dat iets wat gereciproceerd moet worden door de mensen waar je mee te maken krijgt in de GGZ.
Je bent wat mij betreft een voorbeeld om te volgen.
Groeten,
Jim van Os
May-May Meijer is voorzitter van Peace SOS. Ze werd in 2009 gedurende zes maanden gedwongen opgenomen en schreef daar een boek over.
Prof. dr. Jim van Os, Voorzitter Divisie Hersenen, UMC Utrecht. Hij is tevens verbonden als Visiting Professor Psychiatric Epidemiology aan het Institute of Psychiatry te Londen. Hij is sinds 2011 lid van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) en werd in 2016 benoemd tot Fellow van King’s College London. Jim van Os werkt op het raakvlak van ‘harde’ breinwetenschap, gezondheidszorgonderzoek, kunst en subjectieve ervaringen van mensen met ‘lived experience’ in de GGZ. Hij verschijnt sinds 2014 op Thomson-Reuter Web of Science lijst van ‘most influential scientific minds of our time’. In 2014 kwam zijn boek De DSM-5 Voorbij uit, en in 2016 het boek Goede GGZ! (samen met Philippe Delespaul e.a.)
Lees ook deze blogs van Jim en May-May:
Geef een reactie