Er was een periode dat Mieke heel slecht sliep. Er werd haar slaapmedicatie voorgeschreven. Ze worstelde met het dilemma dat ze lekker wilde slapen, maar tegelijkertijd niet afhankelijk van de slaappillen wilde zijn. Zijn slaappillen je ergste vijanden?
Al zolang ik me kan herinneren heb ik een obsessie voor slaap. Vermoedelijk overgenomen van mijn vader. Hij telde elke nacht zijn uren slaap en hield dat bij in een dagboek.
Tot aan zijn dood. De weken daaraan voorafgaand waren die aantallen schrikbarend laag. De maanden daarna mijn obsessie schrikbarend hoog.
Zijn slaapgebrek had hem de dood in gejaagd en mij stond hetzelfde te gebeuren, dacht ik
Gelukkig waren daar mijn ‘pillen-vrienden’. De huisarts deed er niet moeilijk over om deze voor te schrijven. Ik vertelde dat mijn vader zelfmoord had gepleegd, ik daar niet van kon slapen en diezelfde middag lag het recept klaar. Zopiclon en Oxazepam. De een om in te slapen, de ander tegen angst.
Hoewel ik me verheugde op een goede nachtrust vond ik de eerste pil best spannend. Hoe slaat zoiets in? Moest ik me na het innemen meteen naar mijn bed haasten om niet in de badkamer ineen te zakken? Dat viel gelukkig alles mee. Hoewel gelukkig, eigenlijk had ik toen gewild dat die pillen wat sterker waren.
Mijn oplossing: een dubbele dosis
De medicatie bleek een herhaalrecept. Dus over dat de pillen op zouden raken hoefde ik me geen zorgen te maken. Onbeperkt kon ik ze kennelijk blijven bestellen, ik heb de huisarts daar nooit meer over gehoord. Wat ik best opmerkelijk vind, gezien het verslavende effect.
En dat was ook precies waarom deze ‘pillen-vrienden’ al na een paar maanden mijn grootste vijanden werden. Ik ben niet graag ergens afhankelijk van.
Dus ik moest maar eens minderen
Wat een drama!
Hoewel discipline mijn kracht is (tevens mijn valkuil, lees controle-dwang), lukte het me niet om de voorgenomen twee keer per week (alleen de nachten voorafgaand aan een werkdag op kantoor) aan te houden.
Het waren bijna dagelijks dilemma’s in mijn hoofd. Slaap is belangrijk en kalmeert het zenuwstelsel, aan de ene kant. Ik mag niet verslaafd raken, aan de andere kant. Daarnaast stond mijn psycholoog ook niet echt achter deze pillen.
Haar advies: alleen innemen als je door het slaapgebrek echt in de war raakt, maar niet om angst maar niet te hoeven voelen
Tijdens de poging om te minderen, deed ik van alles. Ik dronk geen cafeïne en theïne meer. Stopte met het eten van chocolade. Geen beeldscherm gebruik ’s avonds. Gedempte lichten. Allemaal geprobeerd. Hielp vrij weinig.
Zat ik dan de hele avond op de bank bij kaarslicht met kruidenthee en rustgevende muziek, terwijl de angst door mijn lichaam gierde
Volgens mij zit het toch vooral in je hoofd, dat niet kunnen slapen.
Wat ik gaandeweg merkte was dat het vaak diepe, opgekropte emoties waren die eruit wilden. Alleen daarvoor lag een dikke laag angst. Ik had eigenlijk niet zozeer angst voor het niet kunnen slapen, maar ik kon niet slapen omdat ik doodsbang was voor die traumapijn.
Ooit zei iemand in een retraite dat het eigenlijk niet zo slecht is als je slecht slaapt
Daardoor verdwijnt je beschermingslaag en kom je sneller bij je kern.
“Ja maar ik word dan zo labiel,” sputterde ik nog tegen.
“So what,” zei hij.
“Nou ja, ik heb dan geen controle meer over mezelf en ik ben bang dat ik doordraai,” stamelde ik.
“Fantastisch, denk maar dat je gek wordt,” zei hij. “Het is juist de controle die ons weghoudt van de pijn. Door die te doorvoelen ruim je onderdrukte emoties op.”
Hij had eigenlijk helemaal gelijk.
Dus als ik weer eens niet goed kan slapen, dan denk ik aan zijn woorden.
Ik slaap sindsdien bijster goed. Jezelf er druk over maken, dat is volgens mij de grootste trigger.
Twee weken geleden was ik mijn keukenkastje aan het opruimen. Ik kwam een groen, wit doosje tegen met het logo van de apotheek erop. Ik keek erin en zag nog een paar pillen. Overweeg even om het weg te gooien. Toch niet gedaan.
Het idee dat ze er zijn geeft nog steeds een fijn gevoel, moet ik bekennen.
Geef een reactie