Cynthia zoekt naar een manier om te praten over catatonie, over ‘afwezig zijn’ in je eigen lijf. Wat voor haar in ieder geval niet behulpzaam bleek, is praten over jezelf als over een ding.
Begeleid door mijn ouders en pas hersteld van een eerste psychose heb ik op mijn 17e in 1999 het zwarte WordPerfect scherm voorzien van de tekst in het bovenstaande plaatje over mijn toekomstige psychotische zelf. Ik vond kennelijk dat men niet naar mij hoefde te luisteren. Ik beschouwde mijzelf als ‘afwezig’ tijdens een psychose. Heel vreemd is dat niet, want van sommige gebeurtenissen toen heb ikzelf ook geen herinnering. Toch verzet ik me tegen de logische conclusie dat ‘ik er dus niet was’. Al is het maar omdat het er op lijkt dat die beschrijving een soort selffulfilling prophecy in zich meedraagt in het doen ontstaan van de meest afwezige wakkere toestand die er voor mij bestaat: Catatonie.
‘Jezelf niet zijn’
Wat moet je met een label als het jezelf betreft, die je meent niet te zijn? ‘Ik was mezelf niet’ heb ook ik lang gezegd als het ging over mijzelf in psychotische staat. Ik sprak erover in de derde persoon. Dat voelt heel natuurlijk, aangezien ik in normale omstandigheden slechts sporadisch toegang heb tot herinneringen die horen bij die staat van zijn. Toch probeer ik het nu te vermijden, aangezien het het herstel mogelijk in de weg staat. Dat geloof in het bestaan van een toestand waarin ‘je jezelf niet bent’ heeft namelijk waarschijnlijk een rol heeft gespeeld in het ontvouwen van de tweede psychose en het heftige verloop van de derde psychose.
Angst en schaamte
Na het schrijfsel in het bovenstaande plaatje volgden er vijf gezonde jaren. Psychiatrie leek slechts een nare droom. Totdat er aura’s verschenen tijdens mijn studententijd. Het deed mij denken aan ervaringen die hoorden bij de eerste psychose. Het moment dat ik doorhad mij in een bewustzijnstoestand te bevinden die over kon gaan in de psychotische variant, werd ik -hoe ironisch- psychotisch bang voor zelfverlies. Angsten, met daarbij behorend ongepast gedrag zoals in mijn broek plassen, stonden centraler dan tijdens de eerste keer. Ik ‘voelde’ de oorzaak in mijn hersenen. Er waren immers ‘vreemde dingen in mijn hoofd’ wist ik van de vorige diagnose. En met die waarneming opende zich een heel spectrum aan beangstigende lichamelijke sensaties, alsof ik die had opgeroepen. Ik ervoer dat mijn denken mijn lijf en waarneming beïnvloedden. Met stijf-makende hypochondrische angst observeerde ik mezelf in deze toestand. Toen de tweede korte psychose op zijn einde was, kreeg ik een signaleringsplan-invulformulier dat enkel ruimte liet voor steekwoorden. Ik zette voorop dat mijn ouders mij moesten opvangen. Zijzelf hadden echter enkel het oude document in bezit. En dat wreekte zich later.
Het stilleggen van het denken en voelen
Vele jaren later in 2013, ervoer ik weer dezelfde wisselwerking tussen denken en voelen. Ik zette me schrap. Er waren momenten van druk denken en druk doen, van traag denken en traag doen. En raardere dingen, zoals denken aan boeren en urenlang boeren laten, en mezelf warm en koud denken. Om de haverklap zat ik in een soort ‘vreemde lus’, en pas na afleiding kwam ik er los van. Na weken van tevergeefs het tij willen keren kwam toen uiteindelijk een keer het moment van gedwongen opname. De razende ‘dingen in mijn hoofd’ moesten voor de derde keer stil gelegd worden. Ongelukkigerwijze leek het mijn vader wijs om de kliniek het antieke WordPerfect document toe te schuiven. De isoleercel en gedwongen injecties volgden. De eerste sloot de deur met de buitenwereld. De tweede sloot de deur voor alles wat van binnenuit had kunnen opborrelen. Probleem opgelost, toch? Helaas, het voelen en denken, dat bleek geen object te zijn, maar dat bleek ikzelf te zijn. Met het sluiten van de deuren voor het voelen en het denken raakte ik ook letterlijk op slot. Ik werd ontoegankelijk. Ik at niet meer en -erger- ik dronk niet meer. Men registreerde: Catatoon.
De microfoon staat te dicht bij de luidspreker
Catatonie komt in gradaties voor. Van milde symptomen waarbij patiënten zelf nog eten en drinken en er enige communicatie mogelijk is, tot volkomen onbeweeglijkheid zonder enige zelfzorg. Catatonie kan indien onbehandeld of onvoldoende behandeld, zich (relatief snel) ontwikkelen tot letale catatonie, waarbij er tevens sprake is van wisselende bloeddruk, wisselend hoge hartslag, extreme stijfheid, afbraak van spieren, koorts (Wikipedia).
Natuurlijk kan het beangstigend zijn voor omstanders om te zien hoe ik in psychotische toestand elke ding dat ik hoor of zie of anderzijds waarneem verwerk in de meest vreemde wanen. Ik begrijp dus wel waarom men zo iemand in deze al te open toestand besluit ‘af te sluiten’ met hoge doses gevoelsremmers en een prikkelarme cel. Maar daardoor was ik niet meer uit een vreemde lus te redden door afleiding. De ‘ontvangende ik’ was te dichtbij de ‘creërende ik’. Voor een beeld bij zo’n vreemde lus: denk aan hoe ‘rondzingen’ kan ontstaan doordat een microfoon en luidspreker te dicht bij elkaar staan. Ik keek afgelopen week dan ook met open mond naar bovenstaande Wikipedia-uitleg over die sterk wisselende primaire lichaamsfuncties. Zie hier het effect van ‘rondzingen’ op lichamelijk niveau.
De beleving van catatonie
Als ik zoek naar de beleving van catatonie vind ik niet veel. Niet vreemd, want ook ik moet mij te midden van kriskras verspreide puzzelstukjes aan herinneringen vooral een beeld ervan vormen aan de hand van wat er aan vooraf lijkt te zijn gegaan. Met het beter begrijpen van hoe de lijfbeleving kan zijn tijdens een psychose, hoop ik dat er ook een beter beeld kan ontstaan van catatonie, en dat de beschrijving daarvan minder lijkt op de beschrijving van een ‘ding-lichaam’ zoals in Wikipedia. Want een ‘ding’ repareer je, en een mens-met-gevoel laat je herstel vinden. Ik vind liever herstel. Voor wie zich meer in dit onderwerp wil verdiepen, dit is mijn website. Hier vind je ook contactmogelijkheden.
Cynthia Dorrestijn
Cynthia Dorrestijn is moeder van twee jongens (4 en 6 jaar). Ze werkt als danslerares en geeft gastcolleges in de zorg (Saxion, UUMC, ISPS). Op haar 17e, 22e en 31e heeft zij psychoses doorgemaakt. Zij verdiept zich momenteel in ‘Neue Phänomenologie’ om haar psychiatrische ervaringen te herkaderen.
Meer lezen over catatonie en psychose ?
Geef een reactie