Verlies. Lotuslicht kan geen woorden vinden die kunnen beschrijven hoe waardeloos ze zich voelt, hoe verlaten ze is. “Blijkbaar heb ik last van uitgestelde rouw. Toch leef ik en vind kleine momenten vol wondertjes.”
Ik vind het leven niet leuk op het moment. Weet de dag niet in te vullen, bovendien heb ik nergens motivatie voor. In plaats van te vechten geef ik me er aan over. Het gevoel dat er niets is om voor te leven. Toch leef ik en vind kleine momenten vol wondertjes. ’s Middags kruip ik mijn bed in zodat er een paar uur voorbij zijn en ik niet langer hoef te ervaren wat ik ervaar, maar er even uitstap. Gevolg is dat ik slecht slaap ’s nachts, vaak te kort. Het algehele gevoel is iets van waardeloosheid, uitgedoofd, verlaten.
Wie heeft zichzelf verlaten?
Dat zal ik zelf zijn. O ja, ik doe boodschappen en stofzuig af en toe en zorg minimaal voor een maaltijd, maar alles mag geen moeite kosten. Het is me allemaal teveel. Het leven werd anders toen mijn moeder overleed. Zonder haar lijkt er niets meer aan. Dat is niet echt waar, maar zo voelt het. Wat werkelijk gebeurt is dat er nu zichtbaarder is waar ik al die tijd al mee worstel na mijn eerste langdurige psychose. Een soort depressieve toestand die te herleiden is naar oude levensproblemen. Eenzaamheid bijvoorbeeld, of niet verbonden voelen met wat men de wereld noemt. Een passieloos bestaan. Ik zou zo graag wel die verbinding willen voelen met anderen, met mezelf, met de wereld en me ergens voor in willen zetten, passie willen voelen zoals voorheen, jaren geleden.
Toen ik nog blij kon zijn, vreugde kon ervaren, gevuld voelde, me verbonden voelde
Toen ik zomaar dingen deed omdat ze in me op kwamen en ik een goed gevoel ervaarde als ik die dingen vol levenskracht uitvoerde.Toen ik me nog goed voelde over mezelf en iedere dag een glimlach droeg. Nu is het tegenovergestelde het geval, alles is me teveel, kost me energie, levert me geen vreugde op, maar kost inspanning en een energie die er niet meer lijkt te zijn. Vlammetje gedoofd. Tranen huilen het uit. Iedere dag voel ik mij verdrietig, verweesd, alleen, zonder doel. Wat heb ik nu nog te leven? Ik zie het niet.
Er zijn geen woorden die kunnen beschrijven hoe waardeloos ik mij voel, hoe verlaten. Ondanks die gevoelens en die denkpatronen sta ik toch iedere dag weer op en laat dit hele gebeuren door me heen gaan.
Ik laat me er niet door kisten, er komt een dag dat het weer anders zal zijn!
Dat weet ik gewoon. Dus er is hoop. Ik hecht me niet aan al die naarheid, maar ervaar en beleef het wel. Ik haal diep adem en zeg: kom maar. Dan adem ik er doorheen. Als ik huilen moet huil ik, als ik voelen moet voel ik. Het is een oud patroon dat in mij opspeelt en om heling vraagt. Ik laat dit niet gaan voor ik mezelf heb kunnen geven wat ik nodig heb. Dit is mijn kans! Nu kan ik het anders, ik weet dat dit het zolang blijft tot ik de knop gevonden heb. De knop van liefde, de waarheid van mijn ziel. Ik hoop dat het vandaag nog is, maar weet dat het tijd kost.
Dus, deze dame is somber, teruggetrokken en in rouw en depressief en iets kwijt wat ze zomaar niet terugvinden kan, tenzij ze opnieuw de uitknop vindt met haar nieuw gevormde denken over ‘wie ben ik en wat is de wereld’. Deze droom kan ik ook verlaten, maar wat ga ik dan leven? Wat is nu de waarheid voor mij?
Welke pijn moet mij nog verlaten om weer vol vreugde te zijn?
Ja, het zijn keuzes zeggen ze, maar ik kies dit te ervaren tot ik eruit kan blijkbaar. Dat lijkt geen keuze maar een vanzelf ontstaan iets. Ik heb er niets over te zeggen, blijkbaar is het nodig. Nodig om te lijden. Zodat het licht weer ergens binnen kan. Wanneer? Hoe? Ik weet het niet. Het enige wat ik weet is dat ik mij niet wil laten begraven door deze depressie, maar wil leven met de wetenschap dat ik dit allemaal niet ben, maar wel ervaar. Laat maar gebeuren, iets anders is toch niet mogelijk tot het wel mogelijk is. Die knop vind ik nog wel.
Misschien is het wel een uiterst normale reactie op een verlies, vanuit de psychose iets van mezelf en vanuit het overlijden van mijn moeder. Blijkbaar heb ik last van uitgestelde rouw. Na de psychose kon ik nog 13 dagen met mijn moeder zijn. Net op tijd om haar te zien sterven. Om bij haar te zijn, haar aan te raken, met haar te praten, afscheid te nemen. En toen was ze er niet meer. Ik voel nu pas hoezeer ik haar mis. Hoe een groot deel van mijn leven bij haar hoorde. Zonder haar is er niets aan. Ik moet dat opnieuw vinden, dat er wel iets aan is.
Verlies
Dus accepteer ik wat er is. En dat is een hoop verdriet dat iets te maken heeft met verlies.
Niet alleen van mijn moeder, maar ook van mezelf. Met een psychose raak je iets van jezelf kwijt en het is maar de vraag of je dat terug vindt. Een voordeel, een volgende psychose zit er vanwege deze gevoelens niet zo snel weer in.
Het gekke is: ik hou van het leven, van mensen, planten, dieren, van wonderen. Ik vind heel veel mooi en prachtig. Dat zie ik nog. Dus er is hoop. Op een dag ben ik er weer zoals ik bedoeld ben. Laten we het daar maar op houden!
Geef een reactie