Walter van 84 sport nog volop, is zelfs verslaafd aan hardlopen, blogt hij. Hardlopen heeft de plek van alcohol voor een groot deel overgenomen. Walter: “mijn geluk nu als opa is veel meer, dan geluk ontleend aan hardlopen.”
“Fanatieke, prestatieve, sporters hebben twee levens, wordt wel eens gezegd. Het zijn dan sporters die een lijfelijke prikkel nodig hebben om zich goed te voelen. Stoppen met de prestatieve sport is voor velen dan een 1e keer sterven en later sterven zij nog een keer in het “normale” leven. Topsporters hebben ondanks een fysieke gehardheid, vaak ook een mentale gevoeligheid. De stress om in vorm te blijven, in wedstrijden goed te presteren, omgaan met blessures en het onvermijdelijke leeftijdsverval loopt op naar mate de jaren verstrijken.
Wanneer de dag daar is dat het lijf niet meer in staat is om optimaal te functioneren en zij afscheid moeten nemen van het leven als topsporter, dreigen afkickverschijnselen als somberte, lusteloosheid. Soms wordt zelfs getwijfeld over de zin van het leven.“
(Het bovenstaande is een korte parafrase van het artikel “Leven na topsport-topsporters sterven 2 keer www.cellbuilding.be)
Herkenning met hardlopers
Ik ben 84 en sporten, met name hardlopen, is een belangrijk deel van mijn leven. In mijn werkzame leven lag het accent bij lopen op het creatieve aspect (joggen), vanaf mijn 60e op het prestatieve. Halve en hele marathons in binnen- en buitenland gelopen, aantal nationale records en titels behaald. De “uitsmijters” waren de Nederlands Kampioenschappen M-80 op de weg (Foto) en op de baan.
Verslaving ken ik. Op PsychoseNet heb ik in de afgelopen jaren een aantal gastblogs geplaatst waar ik over mijn alcoholverslaving heb geschreven. Sinds 2014 ben ik nuchter. Voor mij is het duidelijk dat hardlopen de plek van alcohol voor een groot deel heeft overgenomen.
“Pijn is fijn”
“Pijn is fijn”, “Afzien hoort er bij” heb ik mij altijd in wedstrijden voorgehouden. De afhankelijkheid en dwangmatigheid om te willen blijven hardlopen, uitdagingen aan te gaan, grenzen blijven te verleggen, is voortdurend aanwezig.
Echter: Hoe langer hoe meer ben ik mij ervan bewust en ervaar ik aan mijn lijf dat mijn hoofd meer wil dan mijn fysiek toestaat. Ziekte en blessures, die zich nu vaker aandienen, zijn tegenslagen en houden mij af van meer successen.
Houden mij ook af van de aandacht die ik op Facebook en door het schrijven van hardloop gerelateerde artikeltjes krijg. Ik geniet van die aandacht.
De noodzaak en vooral de wil om dit “eerste leven” te beëindigen staan beide voor de deur die zij uitnodigend voor mij openen. De deur waardoor ik naar buiten kan gaan en een start maken met mijn “tweede leven”. Ik aarzel nog. De afgelopen jaren hebben mij, naast stress en teleurstellingen, veel gebracht aan successen en aandacht. In die verblindende roes is de zucht naar continuering daarvan sluimerend, maar aanwezig.
Ik heb een laatste zetje (of schop onder mijn kont) nodig.
Een fantasie
Met veel plezier heb ik recent de documentaire “Herbstgold” (20 10. Jan Tenhaven) weer bekeken. Het gaat om de “World Master Championship” in Lathi, Finland. Stokoude atleten, de jongste is 82, de oudste is 100, strijden tegen elkaar voor de winst en met elkaar tegen de veroudering. Twee van hen hebben elkaar al ontmoet tijdens de Olympische Spelen van 1936 in Berlijn. Vijf deelnemers worden in de documentaire gevolgd in hun voorbereiding naar de wedstrijden.
Sport is hun leven, is hun identiteit. De documentaire eindigt met de discusworp van de oudste deelnemer Alfred Proksch (100, met een kunstknie) De toeschouwers houden hun adem in. In slow motion beelden zien we hoe hij zich concentreert op de worp, een aantal keren de beweging oefent en uiteindelijk de discus gooit.
De camera volgt de discus, ook in slow motion. De landing wordt niet gefilmd (waarschijnlijk een paar meter van de ring, het wereldrecord staat op 74,35 m)
Alle toeschouwers gaan staan, het applaus duurt minutenlang.
Als je eerste sterven, in de topsport, gedaan is, kan er dus nog een tweede leven bestaan, dichtbij het “echte” sterven.
Doorzettingsvermogen om fit te blijven
Ik was onder de indruk van het blijvende doorzettingsvermogen van de deelnemers om fit te blijven en de onderlinge, niet-aflatende, kameraadschap met als motto de Olympische gedachte: “Meedoen is belangrijker dan winnen”.
In mijn gedroomde fantasie lijkt het mij geweldig, zo rond mijn 90e, nog een dergelijke ervaring mee te mogen maken. Alleen al door te kijken doe ik al mee en hoeft dit niet verwerkelijkt te worden.
En nu?
Al een aantal maanden voer ik met een traumatherapeut gesprekken. Ik maak een tijdlijn van periodes van 5 jaar, verken en beschrijf in grote lijnen de mooie en minder (of niet) mooie ervaringen. Het doel is om trauma’s (met een kleine t of met een grote T) samen op spoor te komen en te onderzoeken welke trauma’s op een of andere manier zich nog steeds in het heden manifesteren.
Pijn van toen
Die pijn van toen, niet geheeld, is nog vaak de pijn van nu. In het kader van dit gastblog geef ik een voorbeeld. Ik ben geboren in oktober 1940. Mijn moeder was in verwachting van mij in een stressvolle oorlogsperiode die jaren zou duren. De hongerwinter heb ik meegemaakt. Mijn vader is bij een razzia opgepakt en als dwangarbeider naar Duitsland getransporteerd.
Warmte, gekoesterd en geknuffeld worden, heb ik niet of nauwelijks ervaren. Spanning was voortdurend aanwezig. Ik heb (verlating) angst ontwikkeld en aandacht voor mijzelf gemist. Angst om er niet toe te doen en genegeerd of gepest te worden.
Bij succesvolle prestaties in de sport doe ik ertoe en krijg ik veel en verslavende aandacht. Door de gesprekken ben ik mij ervan bewust geworden (en heb dat ook gevoeld) dat ik niet afhankelijk hoef te zijn van de waardering van anderen, niet te vluchten voor lastigheden, meer te zijn wie ik ten diepste ben.
Mijn geluk nu is veel meer dan geluk ontleend aan hardlopen
N.B. Ik realiseer mij dat het bovenstaande wat kort door de bocht zal overkomen. Het zij zo. Mijn gesprekken zijn niet gedaan, de “Schatkist met mijn oude pijnen” is nog lang niet leeg. Wat niet ongeschreven mag blijven bij dit alles is dat mijn geluk veel meer is dan geluk ontleend aan hardlopen. Mijn fysieke gezondheid is goed, mijn partner en ik zijn ouders van twee mooie kinderen en hebben nu sinds kort ook de status van “Oma” en “Opa”.
Wel is het voor mij nu duidelijk dat mijn 1e leven geleefd is. Dat mijn prestatieve sporten geëindigd is. Dat de afbouw van het competitieve hardlopen verandert is in joggen en waarschijnlijk later in wandelen. Dat ik geen grenzen meer zal opzoeken. Kortom dat ik eindelijk luister naar mijn lijf. Dat ik mijzelf nu het laatste zetje heb gegeven en door de geopende deur naar buiten ga.
Ik kijk uit naar het volgende leven.
Meer lezen over verslaving?
- De 12e stap van de AA-groep – we delen onze ervaring met andere verslaafden
- Alcoholverslaving
- Verslaving
Hier kun je alle blogs van Walter vinden
Heb je een vraag?
Onze experts beantwoorden jouw vraag in het online Spreekuur van PsychoseNet. Gratis en anoniem.
Ontvang jij de PsychoseNet nieuwsbrief al?
Meld je aan en ontvang iedere week de nieuwe blogs en interessante items in je inbox.
Geef een reactie